Op donderdag 24 september verschijnt nummer 7113. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:

Prof. dr. J.P. Boer - Belgische kaaimantaks nog droeviger dan het Nederlandse APV-regime
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Th.J.M. van Schendel - "De Wet LB is domweg de oude niet meer." "Zijn systeem is geweld aangedaan."

Op 18 juni 2015 concludeerde advocaat-generaal Wattel dat de 16%-crisisheffing van art. 32bd Wet LB 1964 deels in strijd is met de eigendomsbescherming van art. 1 lid 1 Eerste Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Hij acht de eigendom van loonbelastingplichtige werkgevers onrechtmatig aangetast, voor zover met onvoorzienbare terugwerkende kracht is geheven. De A-G adviseert de Hoge Raad het desbetreffende cassatiemiddel gegrond te verklaren en de twee andere cassatiemiddelen te verwerpen. Deze zijn i) de crisisheffing is in strijd met de systematiek van de Wet LB 1964 en ii) strijdigheid met het verdragsrechtelijk gewaarborgde non-discriminatiegebod. De auteur beschouwt de conclusie van de A-G inzake de drie cassatiemiddelen en heeft deels andere visies.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. mr. E.C.C.M. Kemmeren - BEPS en renteaftrek en andere financiële betalingen: de verkeerde route

In dit artikel geeft de auteur aan dat de door de OESO/G20 voorgestelde route om Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) tegen te gaan door middel van renteaftrekbeperkingen bij de debiteur, veelal beperkt tot groepsmaatschappijen, de verkeerde route is om een weeffout in vennootschapsbelastingen op te lossen. De oplossing ligt, volgens de auteur, in het kunnen en mogen belasten van de rente door de staat van de debiteur in de handen van de crediteur. Niettemin wordt op hoofdlijnen ook aangegeven wat de consequenties voor delen van de Nederlandse vennootschapsbelasting kunnen zijn, indien de opties van de OESO/G20 betreffende Action 4 dienen te worden ingevoerd.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Dr. C.A.T. Peters - Transfer pricing en BEPS: Waar is Ariadne?

Het project om ‘Base Erosion and Profit Shifting' aan te pakken is in een kritieke fase terecht gekomen. De pogingen om de huidige transfer pricing regelgeving in overeenstemming te brengen met de uitgangspunten van het BEPS project spelen een centrale rol in dit verband. In deze bijdrage bespreekt de auteur de door de OESO gekozen oplossingsrichting tegen de achtergrond van de in de theorie gesignaleerde conceptuele problemen met het arm's length-beginsel. De auteur concludeert dat het arm's length-beginsel alleen zal kunnen meegroeien met de eisen van deze tijd als de relatie tussen de belastingplichtige en de belastingautoriteiten zich verder ontwikkelt tot een meer horizontale en gelijkwaardige verhouding. Hij bespreekt in dit verband zijn suggestie voor een communicatieve kijk op het beginsel.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Promovendus aan het woord

Op dinsdag 29 september 2015 zal mr. G.G.B. Boelens promoveren aan de Universiteit Leiden op het proefschrift ‘Het legaat, de wisselwerking tussen civiel en fiscaal recht'.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

Consolidatie in de bedrijfsopvolgingsregelingen

Teneinde de verkrijging van een direct en indirect belang in een ‘actieve' vennootschap zo gelijk mogelijk te behandelen, kent de bedrijfsopvolgingsregeling voor aanmerkelijkbelangaandelen in de inkomstenbelasting en de schenk- en erfbelasting een ‘consolidatieregeling'. In deze bijdrage staat deze ‘consolidatieregeling' centraal. In deze bijdrage onderzoekt mr. A.M.A. de Beer of in geval van houdsterstructuren de onderneming en het ondernemingsvermogen op eenzelfde wijze wordt afgebakend als bij een direct belang van de erflater of schenker in de actieve vennootschap

Ondernemingsvermogen voor de BOR-AB: enkele knelpunten

Door de bedrijfsopvolgingsregeling voor aanmerkelijkbelangaandelen in de inkomstenbelasting en de schenk- en erfbelasting te funderen op de ‘objectieve onderneming' en ‘ondernemingsvermogen' in de zin van de inkomstenbelasting, heeft de wetgever uitsluitend reële bedrijfsopvolgingen willen faciliëren. Tevens wilde hij hiermee rechtsvormneutraliteit bereiken. Voor de bedrijfsopvolgingsregelingen mag het niet uitmaken of de onderneming als een persoonlijke onderneming wordt gedreven dan wel in de vorm van een vennootschap. In deze bijdrage stelt mr. A.M.A. de Beer het begrip ‘ondernemingsvermogen' in de bedrijfsopvolgingsregelingen voor aanmerkelijkbelangaandelen centraal. Onderzocht wordt of hiermee invulling wordt gegeven aan de doelstellingen van de faciliteiten.

Aflevering: 7113 (24 september 2015)

WFR: Weekblad previews

Producten: WFR-signaleringen

3