Op donderdag 26 maart verschijnt nummer 7327. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:
Bart van Zadelhoff - Voorwoord
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Prof. dr. T.M. Berkhout - “Economische eigendom” van commercieel vastgoed: welke lading dekt de vlag?
Het is alweer 25 jaar geleden dat het begrip “economische eigendom” in de Wet op belastingen van rechtsverkeer werd geïntroduceerd en gedefinieerd. Daarmee kreeg het begrip voor die specifieke wet een wettelijke basis. Het begrip speelt bij meerdere belastingwetten een rol. “De econoom” was bij vastgoed vooral geliefd vanwege de mogelijkheid om overdrachtsbelasting te ontgaan: vastgoed werd verkocht en in de “economische macht” van de koper gebracht, waarbij het object niet (meteen) civielrechtelijk werd geleverd, waardoor geen belastbaar feit plaatsvond. In dit artikel behandelt de auteur de vraag of in de fiscaliteit (WBR, btw, winstsfeer) een eenduidig, bruikbaar begrip van “economische eigendom” voor commercieel vastgoed is ontwikkeld. Voor de investeerder in commercieel vastgoed ligt het economisch belang bij de verwachte toekomstige netto geldstromen (“inkomsten minus uitgaven”). Door vervolgens de verwachte geldstromen uit te drukken in een voor de investeerder relevante huidige waarde (“contant maken” wordt naast de tijdvoorkeur en het eventueel optreden van koopkrachtveranderingen ook rekening gehouden met de verwachte risico’s. Sluit het fiscale begrip “economische eigendom” daar op aan?
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Mr. L.J.F. Seerden en mr. dr. J.W.A. Rheinfeld - Een kwart eeuw economische eigendom: medicijn met bijwerkingen
Een kwart eeuw na de introductie van de economische eigendom als belastbaar feit voor de overdrachtsbelasting is het tijd om de (fiscale) balans op te maken. Gelijktijdig met de uitbreiding van het belastbare feit op 31 maart 1995 zijn enkele flankerende nevenmaatregelen genomen. De auteurs beschouwen de fiscale gevolgen van de economische eigendom in relatie tot deze nevenmaatregelen en doen enkele suggesties tot aanpassing van deze maatregelen, waardoor de werking ervan zou kunnen worden verbeterd.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Prof. mr. dr. Bernard M.E.M. Schols - “Economen” Sommige verjaren, andere komen over de dood heen
Ter ere van het 25-jarig bestaan van de verkrijging van “economische eigendom” als belastbaar feit in de overdrachtsbelasting beschrijft de auteur de geschiedenis en de ontwikkeling hiervan in art. 2 lid 2 WBR. Zo staat hij stil bij “het rijtje van vijf” in de conclusie van A-G Wattel voorafgaand aan het belangrijke arrest HR 17 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1202 over de elementen van het verschijnsel economische eigendom. In het bijzonder besteedt hij in zijn bijdrage aandacht aan het civielrechtelijk leerstuk verjaring als uitgezonderde verkrijging in het licht van de overdrachtsbelasting en bespreekt hij de rechtspraak op dit gebied, waarin in geval van de “econoom” het onderscheid bezit en houderschap een belangrijke rol speelt. Tot slot gaat de auteur in op de erfrechtelijke dimensie van de “econoom” oftewel de verkrijging krachtens erfrecht.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Mr. dr. M. Albers - Economische eigendom bij de vestiging van beperkt zakelijke rechten
Bij de heffing van overdrachtsbelasting is de (economische) verkrijging van een bestanddeel, dat zelfstandig aan een beperkt zakelijk recht kan worden onderworpen, belast. Hiermee wordt belast de waarde van het betreffende bestanddeel en niet ook de waarde die het beperkt zakelijk recht zou hebben gehad als het zou zijn gevestigd. Dit is een verklaarbaar verschil. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een beperkt zakelijk recht voor de heffing van omzetbelasting niet economisch kan worden gevestigd. Ik ben van mening dat dit wel mogelijk gemaakt zou moeten worden. Overigens zou de economische vestiging voor de heffing van omzetbelasting onder omstandigheden reeds nu al aangemerkt kunnen worden als de levering van de onroerende zaak zelf.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Prof. dr. B.G. van Zadelhoff - De strafheffing overdrachtsbelasting
Omdat werd betwijfeld of bepaalde op btw-besparing gerichte structuren/constructie met succes door de Belastingdienst konden worden bestreden, is ter compensatie van te missen btw-heffing de zogenoemde strafheffing overdrachtsbelasting ingevoerd. Naderhand is gebleken dat dergelijke btw-structuren/-constructies met het leerstuk “misbruik van recht” wel degelijk kunnen worden tegengegaan. Daarmee blijkt de strafheffing geen bestaansrecht te hebben en zou deze kunnen worden afgeschaft.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Binnenkort in het Weekblad
Aftrek van btw bij personenvennootschappen, waar staan we nu?
Na het kwekerij-arrest is er rechtspraak gekomen waarbij bij personenvennootschappen het aangeven van privégebruik ter zake van onroerend goed dat volledig in aftrek was gebracht in geschil was. Recent heeft Hof Arnhem-Leeuwarden hierover zijn oordeel gegeven. Mr. dr. A.E. Spiessens onderschrijft en duidt deze rechtspraak. Hierbij wordt met name ingegaan op twee thema’s: de (gedroomde) toekomst van het Maatschapsarrest en een pleidooi voor invoering van een bewijsvermoeden.
Hij zou graag zien dat de Hoge Raad omgaat ten opzichte van het Maatschapsarrest. De vaststelling van het recht op aftrek van btw bij personenvennootschappen lijkt niet eenvoudig. De auteur meent dat de risico’s bij de personenvennootschappen behoren te liggen, gelet op het gegeven dat zij het meest nauw zijn betrokken bij het veroorzaken van de diversiteit aan juridische afspraken. Hij pleit ervoor dat er een regeling komt voor personenvennootschappen waarbij gelet op deze specifieke doelgroep de fictie wordt vastgesteld dat als een personenvennootschap een goed op haar aangifte in aftrek brengt, het goed wordt geacht als personenvennootschap te zijn afgenomen, waarbij tegelijkertijd de keuze is gemaakt het goed zakelijk te etiketteren.
Fiscale klimaatontwikkelingen
In een tweeluik wordt door prof. dr. P. Kavelaars de huidige stand van zaken geschetst ten aanzien van de ontwikkelingen die momenteel plaatsvinden ten aanzien van belastingen die zijn gericht op het beschermen van het milieu en het besparen van energie. Het Klimaatakkoord van Parijs en het Nederlandse Klimaatakkoord spelen een essentiële rol. In deel 1 (par. 1-3) wordt ingegaan op de algemene ontwikkelingen en CO2-heffingen; in deel 2, par. 5 en 6, komen de voorgestelde vliegbelasting en de stand van zaken met betrekking tot de autobelastingen. Aldaar wordt in par. 7 afgesloten met een afronding.
Producten: WFR-signaleringen