Rechtbank Gelderland oordeelt dat de geldleningen die belanghebbende na 2008 aan zijn BV heeft verstrekt, onzakelijk zijn omdat geen rente kan worden bepaald waartegen een onafhankelijke derde deze leningen aan de BV zou verstrekken. Hij mag de rekening-courantstand op de BV per ultimo 2007 afwaarderen ten laste van het ROW.
Belanghebbende, X, gaat samen met zijn echtgenote diverse leningen aan bij de bank en leent deze gelden door aan zijn BV. In zijn aangifte ib/pvv 2011 brengt X een afwaarderingsverlies van 50% van de rekening-courantvordering op de BV ultimo 2011 ten laste van het resultaat uit overige werkzaamheden. Uit praktische overwegingen laat de inspecteur 50% van de rekening-courantstand ultimo 2004 als afwaardering toe, omdat de vermogenspositie van de BV per 2005 niet meer te herleiden is. In geschil is of de afwaardering op de rekening-courantvordering terecht en tot het juiste bedrag is gecorrigeerd.
De rechtbank oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat de leningen vóór 2005 onzakelijk waren. De verstrekte leningen zijn vanaf 2008 onzakelijk omdat geen rente kan worden bepaald waartegen een onafhankelijke derde deze leningen rechtstreeks aan de BV zou verstrekken. Afwaardering mag ter hoogte van de rekening-courantstand per ultimo 2007. Het beroep van belanghebbende wordt gegrond verklaard.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 8 februari
Carrousel: Carrousel