Belanghebbende, X, is arbeidsongeschikt en geniet in het jaar 2006 een AAW/WAO-uitkering. X is in het jaar 2001 gestart met automatiseringsactiviteiten. Over de jaren 2001 tot en met 2009 heeft X daarmee verliezen geleden. De inspecteur heeft een boekenonderzoek ingesteld naar de aanvaardbaarheid van de aangifte van X over het jaar 2003. Dit onderzoek is beperkt tot de "zelfstandigenaftrek 2003". Naar aanleiding van een gerechtelijke procedure over dat jaar heeft de rechtbank geoordeeld dat X aan het urencriterium voldeed en voor dat jaar recht had op de zelfstandigenaftrek. X heeft voor het jaar 2006 wederom verlies uit onderneming aangegeven en de zelfstandigenaftrek geclaimd. De inspecteur corrigeert de aangifte omdat de automatiseringsactiviteiten geen bron van inkomen zouden vormen. De rechtbank verklaart het beroep van X ongegrond. X komt in hoger beroep.
Hof Amsterdam overweegt dat de door X verrichte activiteiten niet zijn aan te merken als een bron van inkomen. Voor zover X in hoger beroep betoogt dat hij na zijn verhuizing naar Z en na het maken van nieuwe plannen, met de automatiseringsactiviteiten meer kans op het behalen van voordeel had, kan dit X niet baten. Enerzijds omdat de verhuizing en het maken van nieuwe plannen plaatsvonden na het jaar 2006 en verder omdat uit niets kan worden afgeleid dat zijn kansen op voordeel in zijn nieuwe woonplaats zodanig verbeterden dat voordeel redelijkerwijs te verwachten viel. Volgens het hof kan X aan het controlerapport over het jaar 2003 niet het vertrouwen ontlenen dat de inspecteur zich voor het jaar 2006 (of de jaren daarna) impliciet of expliciet op het standpunt stelde dat aan de bronvoorwaarde was voldaan. Het hoger beroep van X is ongegrond.