De belastingdruk op een pensioenuitkering ineens kan per belastingplichtige flink verschillen. Dat blijkt uit de antwoorden van minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op vragen van Kamerlid Omtzigt (CDA) over de hoge marginale druk op pensioenuitkeringen ineens.

Vanaf de eerste van de maand waarin de belastingplichtige de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt is de belastingplichtige geen AOW-premie meer verschuldigd. De AOW-premie bedraagt 17,9% op jaarbasis over het deel van het inkomen dat in de eerste tariefschijf van box 1 valt. In het jaar waarin de belastingplichtige de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, wordt echter ook bijvoorbeeld de algemene heffingskorting herrekend. Deze wordt hoger naar mate men later de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.

Als de belastingplichtige de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt in januari bedraagt de belastingdruk over de pensioenuitkering ineens rond de 28%. Dit kan in specifieke situaties oplopen naar rond de 55% voor de belastingplichtige die in december AOW ontvangt.

Een deelnemer is niet verplicht een bedrag ineens op te nemen, het betreft een keuzerecht. Als een deelnemer een bedrag ineens in zijn/haar specifieke situatie fiscaal niet aantrekkelijk acht, dan hoeft hier geen gebruik van te worden gemaakt. Het is raadzaam voor een deelnemer om eerst informatie in te winnen bij de keuze om al dan niet gebruik te maken van de mogelijkheid tot opname van een bedrag ineens.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Editie: 16 november

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen