De Hoge Raad oordeelt dat relevant is of er bijzondere omstandigheden zijn die X bv ertoe dwingen uitzendkrachten in het buitenland te werven. De omstandigheid dat die volgens het hof zelf kiezen om bij X bv te werken, had niet mee mogen wegen.

X bv exploiteert een uitzendbureau voor buitenlandse uitzendkrachten, die hiertoe tijdelijk in Nederland verblijven. X bv regelt in de nabijheid van het werk gratis huisvesting, zoals in hotels, pensions en vakantiewoningen. In geschil is of X bv de BTW kan aftrekken die hiervoor aan haar in rekening is gebracht. Volgens de inspecteur valt deze onder de uitsluiting als zijnde 'het aan het personeel van de ondernemer verlenen van huisvesting'. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden slaagt X bv niet in het bewijs dat er bijzondere omstandigheden zijn die maken dat zij is genoodzaakt de huisvesting voor haar rekening te nemen (zie HR 8 oktober 2004, 38.482, V-N 2004/53.25). X bv gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt dat relevant is of er bijzondere omstandigheden zijn die X bv ertoe dwingen uitzendkrachten in het buitenland te werven. De omstandigheid dat die volgens het hof zelf kiezen om bij X bv te werken, had dus niet mee mogen wegen. De uitspraak van het hof is voorts onbegrijpelijk omdat X bv niet aannemelijk zou hebben gemaakt dat het voorzien in huisvesting noodzakelijk is om aan de uitzendkrachten te komen, terwijl die volgens het hof niet bereid zijn om naar Nederland te komen als er geen woonruimte ter beschikking wordt gesteld. Het beroep van X bv is gegrond. Volgt verwijzing naar Hof ’s-Hertogenbosch.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting 1968 1

Wet op de omzetbelasting 1968 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 16 november

Carrousel: Carrousel

23

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen