Belanghebbende, X bv, exploiteert een uitzendbureau voor voornamelijk buitenlandse (Oost-Europese) arbeidskrachten. Haar werknemers werken bij inlenende bedrijven in Nederland. X bv behoort tot het AB-concern evenals B bv (hierna: de holding). De holding heeft in april 2008 een samenwerkingsovereenkomst gesloten met C bv waarin onder meer is bepaald dat C bv een AB Academie opricht. Deze academie biedt opleidingen aan werknemers van X bv aan en aan andere groepsmaatschappijen. In totaal volgen ongeveer 5000 werknemers de opleidingen. In geen enkel geval wordt de opleiding afgerond met een diploma. X bv past de afdrachtvermindering loonheffing toe voor werknemers die waren ingeschreven voor de opleiding Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (hierna: AKA). Deze opleiding is geregistreerd in het Centraal register Educatie en Beroepsopleidingen (hierna: Crebo). Het betreft een praktijkopleiding op de werkvloer. In geschil zijn de aan X bv opgelegde naheffingsaanslagen loonheffingen over de jaren 2008 tot en met 2011 en de boete die bij de naheffingsaanslag over 2008 is opgelegd. Reden voor deze naheffingen is dat X bv volgens de inspecteur ten onrechte de afdrachtvermindering loonheffing op grond van de WVA heeft toegepast en dat X bv een zogenaamde cafetariaregeling met terugwerkende kracht tot 1 januari 2008 heeft ingevoerd.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt voorop dat de Crebo-registratie van de AKA-opleiding niet betekent dat daarmee vaststaat dat aanspraak kan worden gemaakt op de afdrachtvermindering loonheffing. Vervolgens beslist de rechtbank dat X bv niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is geweest van beroepspraktijkvorming zodat geen recht bestaat op vermindering van afdracht loonheffing in het kader van de WVA. X bv heeft geen enkel dossier overgelegd waarin de rechtbank kan zien wat er voor de individuele werknemer aan praktijkopleiding is verzorgd en of en in hoeverre er eindtermen zijn behaald. X bv heeft tevens de zogenaamde cafetariaregeling voor de loonheffing ten onrechte met terugwerkende kracht toegepast. X bv heeft volgens de rechtbank namelijk niet aannemelijk gemaakt dat al in het jaar 2007 is besloten om op 1 januari 2008 over te gaan op zo'n regeling. De naheffingen zijn terecht maar de boete wordt vernietigd omdat grove schuld van X bv niet is bewezen.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14
Wet op de loonbelasting 1964 27
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 3
Wet op de loonbelasting 1964 13a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 12 december