Hof Amsterdam oordeelt na verwijzing door de Hoge Raad dat de cursus ‘Patent Litigation in Europe' strekt tot het op peil houden door de heer X van reeds verworven vakkennis omtrent procesvoering inzake - met name Europese - intellectuele eigendomszaken. De aftrek van de betreffende reis- en verblijfkosten is echter wettelijk gemaximeerd tot € 1.500.

Belanghebbende, de heer X, is een geregistreerde octrooigemachtigde en houdt zich bezig met procedures over intellectuele eigendomszaken. Hij verantwoordt deze inkomsten in zijn IB-aangifte als resultaat uit overige werkzaamheden. In 2011 volgt X de cursus ‘Patent Litigation in Europe' aan de universiteit van Straatsburg en een rechtenstudie aan de Rijksuniversiteit Leiden. In geschil is of X terecht scholingsaftrek claimt voor de reis- en verblijfskosten van in totaal € 3.825. Rechtbank Den Haag stelt X in het ongelijk. Hof Den Haag oordeelt dat X de zakelijkheid van zijn studiekosten aannemelijk maakt, en dat de vraag of al dan niet een nieuwe bevoegdheid is verkregen, voor het zakelijke karakter niet relevant is. Nu de uitzondering van art. 3.16 lid 8 Wet IB 2001 niet van toepassing is, wordt de aftrek van de reis- en verblijfskosten beperkt tot € 1.500 (art. 3.16 lid 2 onderdeel f Wet IB 2001). De Hoge Raad (23 december 2016, nr. 15/05288, V-N 2017/2.10) oordeelt echter dat voor de Wet IB 2001 is blijven gelden dat kosten van cursussen, (beroeps)opleidingen en studie alleen dan in aanmerking kunnen worden genomen bij de bepaling van de winst uit onderneming of het resultaat uit een werkzaamheid, indien die kosten strekken tot het op peil houden van reeds verworven vakkennis. Art. 3.16 lid 2 onderdeel f Wet IB 2001 strekt er enkel toe de aftrek van reis- en verblijfkosten in verband met daarin bedoelde cursussen, opleidingen, congressen en dergelijke, zo deze kosten al op de winst in mindering kunnen worden gebracht, te beperken tot € 1.500. Het oordeel van het hof dat niet van belang is of X met de cursus en/of de rechtenstudie een nieuwe bevoegdheid heeft verkregen, geeft blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Volgt verwijzing.

Hof Amsterdam oordeelt dat de cursus ‘Patent Litigation in Europe' strekt tot het op peil houden door X van reeds verworven vakkennis omtrent procesvoering inzake - met name Europese - intellectuele eigendomszaken. Ondanks dat in de toekomst het volgen van deze cursus mogelijk een voorwaarde zal zijn voor het zelfstandig optreden als octrooigemachtigde voor het nog op te richten Unified Patent Court, leidt dit niet tot de conclusie dat sprake is van een nieuwe bevoegdheid. Aangezien met betrekking tot deze cursus reeds het maximaal aftrekbare bedrag van € 1.500 (art. 3.16 lid 2 onder f Wet IB 2001) in aanmerking is genomen, kan in het midden blijven of de reiskosten in verband met de rechtenstudie zakelijk zijn. Het hoger beroep van X is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3:16

Wet inkomstenbelasting 2001 6:28

Wet inkomstenbelasting 2001 6:27

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 16 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen