Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat niet vast staat dat de uit de arbeidsovereenkomst voortvloeiende werkzaamheden in strijd zijn met de openbare orde. Maar zelfs als dat het geval zou zijn, dan leidt dit niet tot de door de heer X bepleite gevolgen.

Belanghebbende, de heer X, handelt in materialen voor de hennepkweek. Eind 2013 wordt hij verdacht van de illegale handel in hennep en hennepstekken. Uit de tapverslagen van het strafrechtelijke onderzoek blijkt dat de heer B in dat kader hand- en spandiensten verricht. De inspecteur stelt dat B in dienst is bij X. In geschil is de LB-naheffingsaanslag, alsmede de vergrijpboete van € 24.290. Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant is uit de afgeluisterde telefoongesprekken en de verhoren af te leiden dat B in dienstbetrekking tot X heeft gestaan. Zo bestond er een vertrouwensrelatie tussen hen. Dit blijkt uit het feit dat B de enige was die toegang tot het hek en de garage waar de hennepstekken lagen opgeslagen. B ontving een vergoeding voor zijn werkzaamheden en hij kreeg aanwijzingen. Aangezien X had moeten weten dat sprake was van een dienstbetrekking en hij loonheffingen had moeten afdragen, maakt de inspecteur grove schuld aannemelijk. De vergrijpboete wordt daarom verlaagd tot € 12.529. Voorts is een verzuimboete van € 500 passend en geboden. X stelt in hoger beroep dat de activiteiten illegaal zijn, zodat geen sprake kan zijn van een rechtsgeldige arbeidsovereenkomst (zie CRvB 28 februari 2002, nr. 99/02276, V-N 2002/20.22).

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat niet vast staat dat de uit de arbeidsovereenkomst voortvloeiende werkzaamheden in strijd zijn met de openbare orde. Maar zelfs als dat het geval zou zijn, dan leidt dit niet tot de door X bepleite gevolgen (zie HR 6 december 2002, nr. 36.905, V-N 2003/2.22). Anders dan X meent, is niet relevant of sprake is van een reeds bestaande arbeidsverhouding dan wel of de arbeidsverhouding schriftelijk is vastgelegd. Dit geldt eveneens voor het ontbreken van de wil om een arbeidsovereenkomst aan te gaan. Van doorslaggevende betekenis is namelijk de feitelijke situatie. De werkzaamheden zijn in totaliteit ook geen vriendendienst meer. Ook voor het overige wordt de uitspraak van de rechtbank bevestigd.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 16 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen