X maakt buiten de termijn bezwaar tegen de voldoening op aangifte van omzetbelasting. In geschil is of de termijnoverschrijding verschoonbaar is.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de termijnoverschrijding door de depressie van X verschoonbaar is. X heeft ondersteund met verklaringen van artsen aannemelijk gemaakt dat haar geestestoestand zodanig was dat zij redelijkerwijs niet in staat kon worden geacht tijdig bezwaar in te (laten) dienen tegen de voldoening op aangifte van omzetbelasting. Aan dit oordeel doet niet af dat X in de periode die het betrof wél in staat was tot uitvoering van haar werkzaamheden en het verrichten van administratieve handelingen. Het hof acht het aannemelijk dat X haar prioriteiten nog heeft weten te stellen, gericht op het in ieder geval behouden van inkomsten, maar niet meer in staat was daar boven op nog bezwaartermijnen te bewaken en bezwaren tegen de voldoening op aangiften in te (laten) dienen. X hoefde, gelet op de ernstige depressie waarin zij verkeerde niet te beseffen dat zij had nagelaten in bezwaar te komen tegen de voldoeningen op aangifte. Het hof verklaart het bezwaar alsnog ontvankelijk. Niet in geschil is dat X dan recht heeft op een BTW-teruggaaf van € 21.757.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:11

Algemene wet bestuursrecht 6:7