Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat het Douanelaboratorium de oliemonsters niet volgens de in de Gecombineerde Nomenclatuur voorgeschreven distillatiemethode heeft onderzocht, zodat de naheffing is zoverre geen stand kan houden.

X nv exploiteert een groothandel in brandstoffen en levert minerale oliën aan uitgaande zeeschepen. X nv is daartoe vergunninghouder van een belastingentrepot. Bij controles van twee bunkerschepen en na laboratoriumonderzoeken constateert de inspecteur dat er op deze schepen volgens de vervoersdocumenten diesel aan boord zou moeten zijn, terwijl het in werkelijkheid stookolie betreft. In geschil zijn de naheffingsaanslagen accijns op minerale oliën en voorraadheffing aardolieproducten, alsmede de verzuimboetes. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. X nv gaat in hoger beroep.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat het Douanelaboratorium de oliemonsters niet volgens de in de Gecombineerde Nomenclatuur voorgeschreven distillatiemethode heeft onderzocht, zodat de naheffing is zoverre geen stand kan houden. Ter zake van de andere controle betwist X nv niet dat er alleen stookolie aan boord was, terwijl dit volgens de vervoersdocumenten diesel zou zijn. Deze diesel is dus aan de schorsingsregeling onttrokken, omdat X nv niet met een sluitende administratie aannemelijk maakt dat het een (abusievelijk) onjuiste kwalificatie van de olie was. De naheffing is in zoverre dus terecht. Het beroep van X nv is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de accijns 26

Wet op de accijns 2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Accijns en verbruiksbelastingen

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 20 augustus

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen