Belanghebbende, X bv, behoort tot de B-groep en houdt de aandelen in het Duitse A GmbH. De tophoudster van de vennootschappen van de B-groep is het Noorse A AS. In 2011-2012 verwerft E AS 31,08% van de aandelen A AS. Door deze overname is een deel van de verliezen van A GmbH in Duitsland niet langer meer verrekenbaar. X bv wil de Duitse verliezen ten laste van haar winst brengen. Volgens Hof Amsterdam is dat echter niet mogelijk. X bv gaat in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat Nederland de door X bv verzochte grensoverschrijdende verliesverrekening kan weigeren. Omdat A GmbH haar onderneming heeft voortgezet, wordt het Europese recht hiermee niet geschonden. Gezien deze voortzetting moet worden aangenomen dat A GmbH inkomsten uit haar onderneming is blijven ontvangen en dat de verliezen dus niet definitief zijn. De Hoge Raad verwerpt het beroep in cassatie van X bv.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 49
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 15