Hof 's-Hertogenbosch oordeelt na terugwijzing door de Hoge Raad dat art. 69a AWR niet is bedoeld voor (goedwillende) ondernemers die al dan niet tijdelijk in betalingsproblemen verkeren, waarvan in casu sprake lijkt te zijn.

X exploiteert als eenmanszaak een administratiekantoor. X voldoet jarenlang geen BTW omdat hij voorrang gaf aan zijn kinderalimentatieverplichtingen. Hij betaalt de latere naheffingsaanslagen met verzuimboeten ook niet. In geschil is of X zich schuldig maakt aan strafbare feiten. De politierechter geeft hem een taakstraf van 120 uren. Volgens Hof ’s-Hertogenbosch betreffen de op grond van art. 67c AWR opgelegde verzuimboeten hetzelfde feit als die, waarvoor X nu wordt vervolgd (art. 69a AWR), te weten het opzettelijk niet voldoen van BTW. De eerdere oplegging van verzuimboeten staat in de weg aan de onderhavige strafrechtelijke vervolging. De Hoge Raad (4 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1364, V-N 2022/46.23) oordeelt echter dat de verzuimboeten niet zijn opgelegd ter zake van dezelfde feiten die nu aan X ten laste zijn gelegd. Volgt terugwijzing.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X heeft nagelaten om op juiste wijze en op de juiste tijdstippen concreet en gespecificeerd uitstel van betaling te vragen. Het hof verklaart X strafbaar maar legt geen straf of maatregel op. Art. 69a AWR is niet bedoeld voor (goedwillende) ondernemers die al dan niet tijdelijk in betalingsproblemen verkeren, waarvan in casu sprake lijkt te zijn. Er is beoogd strafbaarheid uit te sluiten voor handelen van een belastingplichtige zonder dat er aantoonbaar sprake is (of zelfs een redelijk vermoeden) van kwaadwillendheid. De fiscale wetgeving biedt voldoende andere adequate instrumentaria. Van de Belastingdienst mag daarbij een voortvarend en adequaat optreden worden verwacht. De inzet van het strafrecht is een ultimum remedium en is bedoeld als de bestaande instrumentaria aanwijsbaar te kort schieten. Ondanks het meermalen opzettelijk niet betalen van BTW die X op aangifte had moeten voldoen, wordt geen straf of maatregel aan hem opgelegd.

Lees ook het thema De inkeerregeling.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wetboek van Strafvordering 255

Wetboek van Strafvordering 243

Wetboek van Strafrecht 68

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c

Algemene wet inzake rijksbelastingen 69a

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Strafrecht, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 4 juni

Informatiesoort: VN Vandaag

858

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen