X vraagt bij de gemeente een omgevingsvergunning aan voor de renovatie en uitbouw van zijn woning, zijnde een gemeentelijk monument. De werkzaamheden betreffen de sloop van de oude aanbouw, het vervangen daarvan door een nieuwe aanbouw en de renovatie van het gehele pand. De heffingsambtenaar van de gemeente brengt leges in rekening voor de aanvraag van de omgevingsvergunning voor bouwen (€ 3036,91) en voor planologische strijdigheid (€ 652,20). X stelt dat hij geen leges verschuldigd is omdat voor het slopen van een gemeentelijk monument in de tarieventabel leges een tarief van € 0 geldt.

Rechtbank Breda oordeelt dat de gemeente terecht apart leges heeft geheven voor de omgevingsvergunning voor het bouwen en voor de planologische strijdigheid. In dit geval heeft de aanvraag van X betrekking op verschillende in de Wabo genoemde activiteiten, te weten bouwen, strijdig gebruik van bestemmingsplan, slopen en slopen van een gemeentelijk monument. De rechtbank oordeelt dat de activiteiten ‘bouwen van een bouwwerk' en ‘strijdig gebruik van een bestemmingsplan' als bedoeld in de artikelen 2.1 van de Wabo moeten worden onderscheiden van de activiteit ‘in enig opzicht wijzigen van een monument' als bedoeld in artikel 2.2 van die wet. Op grond van de tarieventabel behorend bij de legesverordening heeft de gemeente volgens de rechtbank voor de aanvraag van de eerste twee vermelde activiteiten terecht apart leges geheven. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229