Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de ontvanger vergaand onzorgvuldig en onrechtmatig jegens belanghebbende heeft gehandeld. De belanghebbende komt in aanmerking voor een schadevergoeding. Het hof kent een integrale vergoeding voor de kosten van bezwaar, beroep en hoger beroep toe.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X het griffierecht niet heeft betaald en dat de gemachtigde er ook niet op heeft toegezien dat tijdig werd betaald. De gemachtigde stelt vergeefs dat X niet in verzuim is geweest.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat X geen recht heeft op vrijstelling PVV, dat de Liechtensteinse premies niet in aftrek komen op het belastbaar loon en dat er geen grondslag is om die premies te verrekenen met de Nederlandse PVV. 

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de resultaten structureel negatief zijn en dat het adviesbureau dus geen bron van inkomen is.

De Kennisgroep IB niet-winst heeft een standpunt gepubliceerd over cryptomunten die zijn ontstaan door forks in de blockchain van de bitcoin. Ook gratis verkregen cryptomunten ontstaan door forks vormen een bezitting in box 3 op grond van art. 5.3 lid 2 Wet IB 2001, ongeacht of deze zijn geclaimd of niet.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de informatiebeschikking terecht aan X is opgelegd. De schenkingsakte is niet verkregen op een wijze die zozeer indruist tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht, dat het gebruik onder alle omstandigheden ontoelaatbaar moet worden geacht.

Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat het niet toesturen van de KOUDV-factoren van de referentieobjecten zonder gevolgen blijft in deze WOZ-procedure.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X, die naar Nederland is gekomen vanwege de in 2022 uitgebroken oorlog in Oekraïne, kwalificeert als ingekomen werknemer voor de toepassing van de 30%-regeling.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de erfgename als rechtsopvolgster van haar moeder gerechtigd is de bezwaar- en beroepsprocedure voort te zetten.

Hof ’s-Hertogenbosch onderschrijft het oordeel van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat de beroepen van X niet-ontvankelijk zijn. X valt onder de massaalbezwaarprocedure inzake box 3 en heeft niet om een individuele uitspraak op bezwaar gevraagd.

Hof Amsterdam oordeelt dat het door X cv ingediende ingebrekestellingsformulier niet voldoende duidelijk een ingebrekestelling betreft wegens het niet-tijdig doen van een uitspraak op bezwaar over de kostenbeschikking. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).