Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat ook als bij het opleggen van de OZB-aanslag een beperkt taxatieverslag zou zijn overgelegd, het ontbreken daarvan als gedingstuk van dermate gering belang is dat daaraan geen gevolgen worden verbonden. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
X is eigenaar van een appartement/portiekwoning uit 2008. In geschil is de WOZ-beschikking voor 2019 – naar de waardepeildatum 1 januari 2018 – van € 301.000. Rechtbank Oost-Brabant stelt de heffingsambtenaar van de gemeente St. Michielsgestel in het gelijk. X stelt in hoger beroep dat dat het oorspronkelijke bij de OZB-aanslag verstrekte taxatieverslag ten onrechte niet als gedingstuk is overgelegd. Volgens de inspecteur wordt bij opleggen van de aanslag geen taxatieverslag meegestuurd en heeft X dit verslag ook niet opgevraagd.
Hof 's-Hertogenbosch (V-N Vandaag 2022/270) oordeelt dat als wordt aangenomen dat bij het opleggen van de OZB-aanslag een beperkt taxatieverslag zou zijn overgelegd, het ontbreken daarvan als gedingstuk van dermate gering belang is dat daaraan geen gevolgen worden verbonden. De heffingsambtenaar maakt met het uitgebreide taxatieverslag en de 3,52% indexering van de verkoopprijs van een vergelijkingsobject de waarde van € 301.000 aannemelijk. De verkoopprijzen van twee andere vergelijkingsobjecten zijn terecht niet geïndexeerd, omdat die transacties rond de waardepeildatum (binnen drie maanden) plaatsvonden. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Lees ook het thema Beroep: rechtsbescherming door de belastingrechter.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:31
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 31 mei