Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat het beroepschrift en de pinpointbrief van de gemachtigde van X bv niet over de onroerende zaken van deze procedure gaan. Deze stukken worden daarom, en omdat hiervoor al meerdere keren is gewaarschuwd, terzijde geschoven. Verder is het inbrengen van de beroepsgronden ter zitting door de gemachtigde van X bv in strijd met de goede procesorde.

De heffingsambtenaar geeft een WOZ-beschikking af aan X bv. De gemachtigde van X bv komt in beroep met een standaard beroepschrift. Na het verweerschrift van de heffingsambtenaar verzoekt de rechtbank nadrukkelijk aan de gemachtigde om de beroepsgronden voor de specifieke onroerende zaken aan te leveren. De gemachtigde van X bv reageert hierop met een standaard geformuleerde brief.

Rechtbank Midden-Nederland laat de ingebrachte stukken buiten beschouwing omdat die niet over de onroerende zaken in de procedure gaan. De gemachtigde brengt tijdens de zitting de beroepsgronden in. De gemachtigde is verschillende malen gewaarschuwd dat het op de zitting aanvoeren van beroepsgronden in strijd is met de goede procesorde. De beroepsgronden worden daarom ook buiten beschouwing gelaten. Bij het ontbreken van beroepsgronden blijft de waardering van de heffingsambtenaar zonder nadere motivering overeind. De redelijke behandeltermijn wordt met één jaar verlengd vanwege de handelingswijze van de gemachtigde. Het verzoek om een immateriëleschadevergoeding wordt afgewezen. Ook wordt aan X bv de uitspraak gestuurd om haar op de hoogte te stellen. Het beroep van X bv is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:69

Algemene wet bestuursrecht 8:58

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 21 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

673

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen