Belanghebbende, X bv, is het niet eens met uitnodigingen tot betaling van douanerechten en antidumpingsrechten. Hof Amsterdam oordeelt dat de weigering van de inspecteur om annexen bij een onderzoeksrapport te overleggen weliswaar in strijd is met het verdedigingsbeginsel, maar niet leidt tot vernietiging van de uitnodiging tot betaling.
De Hoge Raad oordeelt dat de weigering van de inspecteur om tijdens de bezwaarfase volledig inzage te geven in annexen bij een onderzoeksrapport in strijd is met het Unierechtelijk verdedigingsbeginsel, maar niet hoeft te leiden tot vernietiging van de uitspraak op bezwaar. Schending van de rechten van de verdediging bij de totstandkoming van een (bezwarend) besluit leidt tot nietigverklaring van het na afloop van de betrokken administratieve procedure genomen besluit, wanneer deze procedure zonder de onregelmatigheid een andere afloop zou kunnen hebben gehad. De rechter dient een en ander te beoordelen aan de hand van de specifieke feitelijke en juridische omstandigheden van het geval (vgl. HR 26 juni 2015, nr. 10/02774bis, V-N 2015/33.5). In de oordelen van het hof ligt besloten dat X bv niet aannemelijk heeft gemaakt dat, wanneer zij tijdens de bezwaarfase wel (volledig) inzage zou hebben gehad in de annexen, zij een inbreng had kunnen leveren (waaronder een inbreng over de rol van de autoriteiten van Maleisië) die voor het vaststellen van de uitspraak op bezwaar van belang was, en tot een andere uitspraak op bezwaar zou hebben kunnen leiden dan de uitspraak op bezwaar die de Inspecteur heeft gedaan. Dat oordeel is niet onbegrijpelijk. Het hof was derhalve niet gehouden tot vernietiging van de uitspraak op bezwaar over te gaan. Het cassatieberoep van X bv is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 7:4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Europees belastingrecht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 22 februari