De rechtbank geeft aan dat de grondslag van een conserverende aanslag niet gelijk is aan die van een (navorderings)aanslag. Het feit dat een afkoopsom van een lijfrente in een aanslag is opgenomen is niet van belang bij de beantwoording van de vraag of een conserverende aanslag terecht is opgelegd.

De zaak verloopt als volgt. Een man emigreert in maart 2015 naar Oostenrijk. Tot aan het moment van emigratie geniet hij inkomen in Nederland. Na emigratie geniet hij loon in Oostenrijk. Tot zijn bezittingen behoort een lijfrenteverzekering in de zin van art. 3.125 Wet IB 2001 die de man na emigratie afkoopt.

Bij zijn aangifte over 2015 voor de (Nederlandse) inkomstenbelasting geeft hij het Oostenrijkse inkomen niet op juiste wijze aan. De inspecteur constateert dat de man meer belasting terugkrijgt dan waar hij recht op heeft en legt in 2018 een navorderingsaanslag op. Vervolgens legt de inspecteur op 15 november 2018 voor de lijfrenteaanspraak op emigratiedatum een conserverende aanslag op en brengt hij revisierente in rekening.

De man is van mening dat de conserverende aanslag ten onrechte is opgelegd omdat de afkoop van de lijfrente al in de aanslag inkomstenbelasting is opgenomen en legt de zaak voor aan de rechter.

Het standpunt van de man dat er geen conserverende aanslag kan worden opgelegd omdat de afkoop van de lijfrente al in de aanslag is begrepen, is volgens de rechter niet juist. Voor het opleggen van de conserverende aanslag is het tijdstip dat onmiddellijk voorafgaat aan de emigratie van belang en niet de omstandigheid dat de lijfrentepolis ná emigratie is afgekocht (art. 3.136 Wet IB 2001). Omdat de grondslag van een conserverende aanslag een andere is dan de afkoopsom is het niet relevant dat de afkoopsom al in de aanslag begrepen is. De conserverende aanslag is terecht opgelegd.

Voorts constateert de rechtbank dat er geen sprake is van een dubbele belastingheffing over de afkoopsom van de lijfrente. De Nederlandse uitvoerder heeft weliswaar loonheffing ingehouden maar die is verrekend bij de bepaling van de (navorderings)aanslag. Per saldo is de afkoopsom dus niet belast in het aanslagtraject. Uit hoofde van de conserverende aanslag is bij afkoop wel inkomstenbelasting en revisierente verschuldigd.

Belang voor de praktijk

In het jaar van emigratie moet een zogenoemd M-biljet worden gebruikt voor de (slot)aangifte inkomstenbelasting. Het M-biljet deelt het jaar van emigratie op in twee periodes: de periode voor emigratie waarin de indiener binnenlands belastingplichtige is en de periode na emigratie waarin de indiener buitenlands belastingplichtige is.

Onderdeel van het M-biljet bij emigratie is het opgeven van te conserveren inkomen. Op het te conserveren inkomen rust nog een belastingclaim waarover, onder voorwaarden, Nederlandse inkomstenbelasting verschuldigd is na emigratie. Aan de hand van de opgave kan de Belastingdienst een conserverende aanslag opleggen. Voor de conserverende aanslag wordt in principe uitstel van betaling verleend. Invordering vindt slechts plaats bij bepaalde (verboden) fiscale handelingen.

Een conserverende aanslag is mogelijk voor de volgende bestanddelen:

  • kapitaalverzekering eigen woning (KEW), spaarrekening eigen woning (SEW) of beleggingsrecht eigen woning (BEW);
  • lijfrenteaanspraken;
  • pensioenaanspraken; en
  • aanmerkelijk belang.

Conserverende aanslag KEW, SEW en BEW Een conserverende aanslag voor een KEW, SEW of BEW (art. 10bis.4 lid 4 en 9 Wet IB 2001) zal in de praktijk niet vaak voorkomen. Als de eigen woning (nog) niet is verkocht op het moment van emigratie moet in het M-biljet als waarde in het economische verkeer op het moment van emigratie verminderd met de totale inleg worden opgegeven. De conserverende aanslag ziet echter alleen die situaties waarbij de waarde hoger is dan de vrijstelling van art. 10bis.6 lid 1 Wet IB 2001, in 2021 € 171.000.

Meer informatie over de conserverende aanslag is te vinden in het thema Emigratie en (conserverende) eindafrekening.

Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht

Carrousel: Carrousel

214

Gerelateerde artikelen