Bij rechtmatig overheidshandelen – bijvoorbeeld een wegafsluiting of een nieuwe verkeerssituatie – moet de overheid vaak de schade vergoeden van burgers of ondernemers, die daarvan meer dan gemiddeld last hebben. Die vergoeding noemen juristen nadeelcompensatie.
Vaste eigen risicodrempels?
Veel gemeenten hebben daarvoor een nadeelcompensatieverordening of beleidsregels. Daarin staan allerlei procedurevoorschriften maar vaak ook een "eigen risico" of "drempel". Als de schade minder dan bijvoorbeeld 7% van de jaaromzet bedraagt, wordt die schade niet vergoedt. In de praktijk wordt gewerkt met verschillende percentages; 7%, 8%, 15% en zelfs 25% als eigen risico.
Inkomensschade
De Raad van State heeft op 28 mei 2014 hierover een belangrijke uitspraak gedaan (ECLI:NL:RVS:2014:1868). De zaak ging over inkomensschade van wegrestaurant De Wouwse Tol als gevolg van groot onderhoud aan de rijkswegen A4, A17 en A58. Daardoor was De Wouwse Tol langere tijd minder goed of niet bereikbaar. De minister hanteerde de – veel voorkomende – drempel van 15%. De schade van de Wouwse Tol bleef daar (net) onder en werd daarom niet vergoed. De Raad van State oordeelde dat een vaste drempel van 15% van de omzet in dit geval tot onvoldoende differentiatie tussen verschillende typen bedrijven leidde. Een omzetderving van 15% zegt immers welbeschouwd nog niets over de uiteindelijke inkomensschade. Die is mede afhankelijk van de kostenstructuur van een onderneming. 15% Omzetderving hoeft immers niet per definitie 15% inkomensderving te zijn. Bij hoge variabele kosten zal een omzetderving van 15% niet zo hard aankomen. Als de kosten hoofdzakelijk vast zijn wel.
Voorzichtigheid geboden
De uitspraak leert dat overheden dus voorzichtig moeten zijn met vaste ‘eigen risico' percentages. Naarmate die hoger zijn, moeten zij beter worden gemotiveerd en moet worden bezien of zo'n vaste drempel niet leidt tot een ongerechtvaardigd onderscheid tussen verschillende soorten ondernemingen met een verschillende kostenstructuur.
Bron: PlasBossinade
0