X is, samen met zijn partner, sedert 2017 eigenaar van het deel van een gezondheidscentrum waarin hij sinds 2008 zijn tandartspraktijk uitoefent. In mei 2019 stelt de gemeente een nieuw bestemmingsplan vast. In juni 2020 kopen ze, nadat de overige gebruikers van het complex zijn verhuisd, het overige deel van het gezondheidscentrum met de bedoeling dat gedeelte te slopen en er een woning te bouwen. Vóór de levering wordt een omgevingsvergunning voor de bouw van een woning verleend en splitst de verkoper dit deel van het gezondheidscentrum waarbij de riolering, gas- , water en elektriciteitsnet worden afgekoppeld en er een nieuwe buitenmuur aan de zijde van de tandartspraktijk wordt geplaatst. De levering vindt op 19 juni 2020 plaats waarbij de overdrachtsbelasting tegen 6% overdrachtsbelasting wordt voldaan. In geschil is of het aangekochte deel ten tijde van de verkrijging door X kan worden aangemerkt als woning waardoor het verlaagde tarief van 2% overdrachtsbelasting van toepassing is. X beroept zich hierbij op de wijziging bestemmingsplan. De inspecteur is echter van oordeel dat er sprake is van een niet-woning in afwachting van sloop.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat een enkele bestemmingswijziging van een onroerende zaak gevolgd door een omgevingsvergunning voor de bouw van een woning niet leidt tot toepassing verlaagd tarief overdrachtsbelasting. De onroerende zaak dient hiervoor op het moment van juridische overdracht naar zijn aard voor bewoning bestemd te zijn. De kenmerken van het bouwwerk moeten naar objectieve maatstaven worden beoordeeld, waarbij het doel waarvoor de onroerende zaak oorspronkelijk is ontworpen en gebouwd, een aanknopingspunt is. Het complex is oorspronkelijk als niet-woning ontworpen en gebouwd. Het aangekochte deel heeft in 2019 een woonbestemming gekregen en zal na levering worden gesloopt en vervangen door een nieuwe woning. Gelet daarop is het op het moment van verkrijging naar zijn aard niet bestemd voor bewoning en is het dus geen woning in de zin van art. 14 lid 2 WBR. Het beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 14
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 3 november