Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur ten onrechte revisierente in rekening brengt bij de afkoop van een lijfrenteverzekering, nu belanghebbende mocht afgaan op de onjuiste informatie op de site van de Belastingdienst.

X sluit in 1989 een lijfrenteverzekering (regime pre-Brede Herwaardering). De verzekering is in 2001 aangepast om ook vanaf 2001 te kwalificeren voor fiscale premieaftrek. X koopt de verzekering in 2015 af. X maakt uit informatie op de site van de Belastingdienst op dat hij geen revisierente verschuldigd is bij afkoop van zijn verzekering. Bij de daaropvolgende afkoop brengt de inspecteur echter € 37.465 revisierente in rekening. Rechtbank Den Haag oordeelt dat X' beroep op het vertrouwensbeginsel slaagt. In geschil is de uitspraak van de rechtbank.

Hof Den Haag oordeelt dat belanghebbendes beroep op het vertrouwensbeginsel slaagt. X had redelijkerwijs de onjuistheid van de inlichtingen op de site van de Belastingdienst niet kunnen en moeten beseffen (niet-kenbaarheidsvereiste). De informatie op de site geeft daar geen aanleiding toe, de informatie van X' verzekeringstussenpersoon al evenmin. X heeft afgaande op deze onjuiste inlichtingen op de site, de verzekering afgekocht. Daardoor moet X niet alleen de wettelijk verschuldigde belasting betalen, maar lijdt X daarenboven schade (dispositievereiste).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.133

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30i

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 23 september

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen