Hof Arnhem-Leeuwarden overweegt dat de betwisting van de authenticiteit van zorgfacturen niet is opgehelderd en weigert de aftrekbaarheid als zorgkosten. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).

X brengt in zijn aangifte IB 2017 € 19.411 aan specifieke zorgkosten in aftrek. De inspecteur verzoekt hem deze kosten te onderbouwen, waarna X diverse facturen overlegt, waarvan een aantal handgeschreven (inclusief het logo van een bedrijf) en diverse stijl- en schrijffouten. De inspecteur heeft onder andere het ziekenhuis gebeld die hem liet weten dat de persoon vermeld op de factuur van het ziekenhuis, niet bij haar bekend is. Ook een leverancier van naar verluidt 125 batterijen voor X' gehoorapparaat liet weten geen handgeschreven facturen te verstrekken.

Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2022/16.1.1) overweegt dat X de betwisting van de authenticiteit van zorgfacturen niet heeft opgehelderd en weigert de aftrek van deze kosten. Voor wat betreft de kosten voor het opladen van X' elektrische rolstoel, zijn internetkosten om “spraak om te zetten in tekst”, inktpatronen en andere kosten overweegt het hof dat deze hulpmiddelen niet van zodanig aard zijn dat zij hoofdzakelijk door zieke of invalide mensen worden gebruikt. X' hoger beroep is ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 16 september

26

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen