Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet voldoet aan de minimumeisen die de Hoge Raad heeft geformuleerd ten aanzien van de voorraad- en inkoopadministratie. Op geen enkel moment is namelijk vast te stellen wat het werkelijke saldo aan kasgeld binnen de coffeeshop is.

X drijft een coffeeshop. In 2012 stelt de inspecteur een boekenonderzoek in bij X. Naar aanleiding van het onderzoek neemt de inspecteur een informatiebeschikking waarbij hij verzoekt om informatie over de voorraad softdrugs die buiten de shop wordt aangehouden (stash). X weigert informatie te verstrekken over de stash, omdat zij zich daarmee eventueel zelf zou incrimineren. Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft genomen waarin is vastgesteld dat X niet heeft voldaan aan de administratie- en bewaarplicht wegens het niet bijhouden van een voorraad- en inkoopadministratie van de softdrugs in de stash. Verder overweegt de rechtbank nog dat X de volledige inkoopadministratie met betrekking tot de softdrugs van zowel de stash als de shop aan de inspecteur ter controle beschikbaar moet stellen. Indien X over een administratie van de stash beschikt, heeft zij volgens de rechtbank niet aan haar inlichtingenverplichtingen voldaan. Een en ander is volgens de rechtbank niet in strijd met het nemo tenetur-beginsel van art. 6 EVRM.

Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigt de informatiebeschikking voor zover deze betrekking heeft op de loonheffingen en de btw. Volgens het hof zijn er namelijk geen aanwijzingen dat X personeel in dienst heeft dat de van de telers gekochte oogsten knipt, sorteert, weegt en verpakt. Ook zijn er geen aanwijzingen dat X de omzet van de overige producten (niet softdrugs) onjuist verantwoordt. Ten aanzien van de voorraad- en inkoopadministratie merkt het hof op dat X niet voldoet aan de minimumeisen die de Hoge Raad heeft geformuleerd in zijn arrest van 31 mei 2013, nrs. 11/03452 en 11/03456 (V-N 2013/28.7). Het hof overweegt hierbij onder andere dat de geldbeweging binnen de coffeeshop niet te volgen is, door het ontbreken van een inkoopadministratie, en dat ook op geen enkel moment is vast te stellen wat het werkelijke saldo aan kasgeld binnen de coffeeshop is. X heeft dan ook niet voldaan aan de uit art. 52 AWR voortvloeiende administratieplicht. Ook heeft X niet voldaan aan haar informatieplicht. Het hof geeft X nog wel vier weken de tijd om alsnog te voldoen aan de op grond van art. 47 AWR op haar rustende verplichtingen.

Lees ook het thema Informatieverplichting.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52

Algemene wet inzake rijksbelastingen 47

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

2

Gerelateerde artikelen