De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft een standpunt gepubliceerd over de behandeling van een bedrag dat op de peildatum voor box 3 wordt aangehouden op een derdenrekening bij de notaris sinds de invoering van de Wet rechtsherstel box 3. Het bedrag dat wordt gehouden op een derdenrekening bij de notaris wordt onder de Wet rechtsherstel box 3 aangemerkt als een overige bezitting.

Banktegoeden worden in art. 1 lid 1 van de Wet rechtsherstel box 3 gedefinieerd. Het gaat om deposito’s als bedoeld in art. 1:1 Wft. De derdenrekening kwalificeert als een deposito in de zin van artikel 1:1 Wft. De depositohouder en rekeninghouder van de derdenrekening is de notaris. Een notaris is ingevolge art. 25 lid 1 van de Wet op het notarisambt verplicht een bijzondere rekening aan te houden op zijn naam met vermelding van de hoedanigheid. De notaris is bij uitsluiting bevoegd tot het beheer en de beschikking over de bijzondere rekening. Voor de belastingplichtige behoort het vorderingsrecht op de notaris daarom tot de categorie overige bezittingen.

Overigens wordt in het wetsvoorstel Belastingplan 2024 voor de overbruggingswetgeving box 3 voorgesteld om met terugwerkende kracht tot 1 januari 2023 het vorderingsrecht op de notaris onder te brengen onder de categorie ‘banktegoeden’. Een soortgelijke aanpassing van de Wet rechtsherstel box 3 is niet voorgesteld.

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 2 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

Dossiers: Box 3

927

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen