De Kennisgroep dividendbelasting en bronbelasting heeft een vraag beantwoord over het recht op teruggaaf van dividendbelasting van een aangewezen internationale organisatie als deze een indirect belang houdt in een Nederlandse vennootschap via een buitenlandse hybride entiteit. De hybride entiteit is vanuit Nederlands perspectief fiscaal niet-transparant. Er bestaat dan geen recht op teruggaaf van dividendbelasting.

Een aangewezen internationale organisatie in de zin van art. 2 Uitvoeringsbeschikking dividendbelasting 1965 houdt een direct belang in een buitenlandse hybride entiteit. Via deze entiteit houdt de aangewezen internationale organisatie een indirect belang in een Nederlandse vennootschap. De hybride entiteit is vanuit Nederlands perspectief fiscaal niet-transparant.

In de situatie waarbij het belang in een Nederlandse vennootschap wordt gehouden via een buitenlandse fiscaal niet-transparante entiteit impliceert dit dat de aangewezen internationale organisatie niet geldt als opbrengstgerechtigde tot de Nederlandse dividenden. Daarom komt de organisatie ook niet in aanmerking voor een teruggaaf van dividendbelasting.

Ter verduidelijking wordt nog opgemerkt dat een dochtervennootschap van een aangewezen internationale organisatie geen zelfstandig beroep kan doen op toepassing van art. 10 lid 6 Wet DB 1965.

Wetsartikelen:

Uitvoeringsbeschikking dividendbelasting 1965 2

Wet op de dividendbelasting 1965 10

[Nieuwsbron]

Rubriek: Dividendbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 8 november

Informatiesoort: VN Vandaag

220

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen