Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat uit de notitieboekjes en verklaringen van ex-werknemers valt af te leiden dat een niet onaanzienlijk deel van het aan het personeel verschuldigde loon zwart is uitbetaald. De naheffingsaanslag loonheffing is dan ook terecht opgelegd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

X bv exploiteert een restaurant. Naar aanleiding van tips van ex-werknemers stelt de Belastingdienst een boekenonderzoek in bij X bv. Hierbij wordt een notitie van de bedrijfsleider aangetroffen, waarin wordt beschreven hoe digitaal verwerkte omzet in de administratie digitaal kan worden gewist. Tevens verklaren ex-werknemers dat een deel van hun loon zwart werd uitbetaald. Naar aanleiding van het onderzoek legt de inspecteur een naheffingsaanslag loonheffing op aan X bv.

Hof 's-Hertogenbosch (V-N Vandaag 2020/853) oordeelt dat de notitieboekjes en verklaringen van ex-werknemers, indien deze in samenhang worden bezien, voldoende bewijs opleveren voor het feit dat een niet onaanzienlijk gedeelte van het aan het personeel verschuldigde loon zwart is uitbetaald. Dat één ex-werknemer verklaart dat hij nooit een gedeelte van zijn loon in contanten heeft ontvangen, is dan verder niet van belang. Vervolgens stelt het hof vast dat, gezien de in de BTW-procedures vastgestelde verzwegen omzetten van € 221.215, € 209.863 en € 129.210 over de jaren 2010 - 2012, de inspecteur de aanslagen niet te hoog heeft vastgesteld. Door overlegging van de notitieboekjes maakt de Inspecteur aannemelijk dat ongeveer 50% van de verzwegen omzet is gebruikt voor de uitbetaling van zwart loon. De naheffingsaanslag blijft in stand.

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de loonbelasting 1964 2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 30 maart

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen