Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat X ondanks zijn officiële Duitse adres nog steeds in Nederland bij zijn gezin woonde. X had in Nederland familie, vrienden en kennissen die hij regelmatig bezocht en waarmee zijn leven was verweven. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

X woont officieel in Duitsland, waar hij een kamer met toilet huurt voor slechts € 1200 per jaar. In 2015 neemt de politie regelmatig waar dat X in Nederland in een Mercedes met Duits kenteken rijdt. Volgens de inspecteur woont X feitelijk in Nederland en simuleert hij in Duitsland te wonen. In geschil is de naheffingsaanslag BPM met vergrijpboete. De boete is inmiddels vernietigd, omdat X is overleden. Rechtbank Den Haag handhaaft de aanslag. De erven X gaan in hoger beroep.

Hof ’s-Hertogenbosch (V-N 2023/3.1.3) oordeelt dat X ondanks zijn officiële Duitse adres nog steeds in Nederland bij zijn gezin woonde. X had in Nederland familie, vrienden en kennissen die hij regelmatig bezocht en waarmee zijn leven was verweven. Uit de gedingstukken volgt verder dat X alleen in Nederland werkzaamheden verrichtte, onder meer bestaande uit het exploiteren van een hennepkwekerij in de eigen woning. De naheffingsaanslag is dus terecht opgelegd. Het beroep van de erven X is ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Editie: 17 september

Informatiesoort: VN Vandaag

166

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen