Ruim 278.000 ondernemers maken nog gebruik van de speciale regeling voor uitstel van betaling in verband met de coronacrisis. De totale belastingschuld van deze groep bedraagt ruim € 20,5 miljard. Ondernemers kunnen nog tot en met 31 maart 2022 een verzoek doen voor uitstel van betaling. Het overgrote deel van de ondernemers met een belastingschuld behoort tot het MKB.

Hof Arnhem-Leeuwarden vermindert de betekeningskosten omdat de aanslag VPB waarvoor X aansprakelijk is gesteld, is verjaard. De handelingen van de ontvanger hebben de verjaring niet gestuit.

Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat voor de boete niet is voldaan aan het toestemmingsvereiste van hogerhand. De inspecteur heeft de Directeur Grote Ondernemingen namelijk onvoldoende objectief geïnformeerd over de feiten.

Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat het namens de enig aandeelhouder op naam van zijn ltd ingestelde bezwaar niet-ontvankelijk is, omdat de vereffening volgens het recht van Guernsey niet kan worden heropend op verzoek van of ten behoeve van de inspecteur.

Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat het aan (voorwaardelijk) opzet van X-B als feitelijk leidinggever of als medepleger is te wijten dat te weinig vennootschapsbelasting bij zijn ltd is geheven.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant beslist dat de inspecteur de aan een zwartspaarder opgelegde navorderingsaanslagen voldoende voortvarend heeft opgelegd.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep – conform het uiteindelijke standpunt van de inspecteur – dat voor negen gangbare automodellen met een datum eerste toelating in de eerste twee maanden na een tariefsverhoging alsnog teruggaven op grond van art. 16a moeten volgen.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de erfgename als rechtsopvolgster van haar moeder gerechtigd is de bezwaar- en beroepsprocedure voort te zetten.

Hof ’s-Hertogenbosch onderschrijft het oordeel van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat de beroepen van X niet-ontvankelijk zijn. X valt onder de massaalbezwaarprocedure inzake box 3 en heeft niet om een individuele uitspraak op bezwaar gevraagd.

Hof Amsterdam oordeelt dat het door X cv ingediende ingebrekestellingsformulier niet voldoende duidelijk een ingebrekestelling betreft wegens het niet-tijdig doen van een uitspraak op bezwaar over de kostenbeschikking. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Op korte termijn neemt het kabinet maatregelen om hoge terugvorderingen van toeslagen te voorkomen. Dit staat in een brief van staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën aan de Tweede Kamer waarin vier maatregelen worden gemeld, waarvan er drie lopen.