Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X personeel uitleent aan de stichting en dat de sociaal-culturele vrijstelling niet van toepassing is. De naheffingsaanslag omzetbelasting is terecht opgelegd.

X verricht werkzaamheden op het gebied van ICT en ontwikkelt een landelijk automatiseringssysteem voor een stichting. Vóór 2014 verrichten 3 stagiairs van X ICT-werkzaamheden voor de stichting. In 2014 en 2015 worden de werkzaamheden door deze 3 personen voortgezet. Een schriftelijke arbeidsovereenkomst met X of de stichting ontbreekt. X betaalt wel loon en draagt loonheffingen af. X stelt dat sprake is van een vrijstelling en factureert de werkzaamheden aan de stichting zonder omzetbelasting. Volgens X zijn hierover afspraken gemaakt met de inspecteur. De inspecteur heft de omzetbelasting na. X gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt X ondernemer is en dat de sociaal-culturele vrijstelling niet van toepassing is. X bewijst niet dat wordt voldaan aan de hiervoor geldende criteria. Ook de onderwijsvrijstelling is niet van toepassing. De werkzaamheden van de medewerkers vallen niet onder de vrijstelling, mede doordat geen sprake is van het geven van onderwijs maar van het leveren van ICT-diensten. Ook een beroep op het vertrouwensbeginsel slaagt niet omdat X geen objectief bewijs levert. Het hoger beroep is gegrond met betrekking tot de hoogte van de naheffingsaanslag.

Lees ook het thema Non profit: vrijgesteld van btw of toch belast?

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 7

Wet op de omzetbelasting 1968 11

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

3

Gerelateerde artikelen