Een oversteektocht over het Wad, die is gericht op de sportieve prestatie, is aan te merken als beoefening van sport in de zin van art. 11 lid 1 onderdeel e Wet OB 1968. Dat staat in een standpunt van de Kennisgroep omzetbelasting Overheid, Vrijstellingen, Internationaal (OB OVI).

X, een stichting zonder winstoogmerk, organiseert tegen vergoeding oversteektochten in het Waddengebied. De oversteektochten betreffen intensieve wandeltochten, waarbij het gebied van het vaste land wordt overgestoken naar een Waddeneiland. Deze oversteektochten zijn primair gericht op de sportieve prestatie. Voor deelname is een goede conditie vereist. Deze diensten zijn vrijgesteld van omzetbelasting, aldus de kennisgroep. In de omgangstaal is lopen op het wad geen sport omdat de ontspanning voorop staat, vergelijkbaar met een natuurwandeling. De onderhavige oversteektocht over het Wad wordt in de omgangstaal echter wel aangemerkt als sport. De oversteektocht is namelijk een fysiek intensieve vorm van lopen op het wad, gericht op de sportieve prestatie.

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 11

[Nieuwsbron]

Rubriek: Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 29 april

Informatiesoort: VN Vandaag

238

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen