De Europese commissie heeft op 21 juni 2017 een voorstel gelanceerd inzake de automatische uitwisseling van informatie op het gebied van belastingheffing en de meldplicht met betrekking tot ‘reportable cross-border arrangements'. De NOB doet een aantal voorstellen tot verbetering.
De vrees van de NOB voor de uitvoering van dit voorstel is gelegen op het gebied van de onzekerheid, namelijk onduidelijkheid wat, wanneer en door wie gemeld moet worden en de administratieve lasten die worden veroorzaakt. De NOB meent daarom dat het richtlijnvoorstel moet worden aangepast zodat het in lijn blijft met de aanbevelingen van BEPS 12.
Dit zijn een aantal van de verbetervoorstellen:
- Gebruik hallmarks die relevant zijn voor alle lidstaten.
- Neem de hallmarks op in de richtlijn zelf in plaats van in een Annex behorende bij de richtlijn, zodat wijziging onderworpen is aan de democratische controle zoals is voorzien voor regelgeving door de Europese Commissie.
- Sta uitzonderingslijsten toe.
- Wijziging van de definitie van cross-border arrangement. De NOB pleit er daarom voor dat in de aanhef van de definitie wordt opgenomen dat een arrangement een tax-impact heeft op ten minste 2 jurisdicties.
- Opnemen van de main benefit test in de definitie van de ‘cross-border arrangement' teneinde te bewerkstelligen dat de rapportageverplichting beperkt blijft tot relevante ‘arrangements'.
- Gevallen die reeds op grond van een andere internationale rapportageverplichting zijn gemeld zoals rulings, uitsluiten van melding.
- De meldingstermijn zou ten minste 20 werkdagen moeten bedragen.
- Laat intermediaries melden in geval van kant en klare constructies en belastingplichtigen in de overige gevallen.
De opinie van de NOB is hieronder als bijlage opgenomen.
Bron: NOB
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Europees belastingrecht
0