De NOB dringt er bij de Minister van Financiën op aan om de openbaarheid van het UBO-register voor trust(achtigen) nogmaals te toetsen aan het recht op privacy en de openbaarheid te heroverwegen. Dit schrijft de NOB in haar commentaar op de internetconsultatie Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden van trusts en soortgelijke juridische constructies.

Het consultatievoorstel gaat op een essentieel punt verder dan vereist, aldus de Orde. De gewijzigde vierde antiwitwasrichtlijn eist namelijk niet dat het UBO-register voor trust(achtigen) voor een ieder toegankelijk is. De Orde twijfelt of openbaarheid bijdraagt aan het vertrouwen in de integriteit van het financiële stelsel. Te vergaande transparantievoorschriften kunnen een averechts effect hebben en vertrouwen eerder doen afnemen, aldus de Orde.

Ook vraagt de Orde om een aanvullende afschermingsgrond voor de situatie dat de begunstigden van een trust of participanten in een fonds voor gemene rekening aantoonbaar bestaan uit een specifieke groep familieleden. De inbreuk op het recht op privacy heeft namelijk met name bij (vermogende) families grote impact vanwege het niet denkbeeldige risico op ontvoering, chantage etc.

Fonds voor gemene rekening

De NOB vraagt om handvatten om de UBO’s van een fonds voor gemene rekening (FGR) te bepalen. Op grond van het consultatievoorstel wordt onder een 'trustachtige' in ieder geval verstaan een FGR. Het consultatievoorstel geeft daarnaast een niet-limitatieve opsomming van UBO’s. Volgens de Orde is dit een vage norm. De Orde voorziet dan ook dat het in de praktijk lastig zal zijn om de UBO’s van een fonds voor gemene rekening te bepalen. Ook verwacht de Orde complicaties bij de registratie van de ‘begunstigden’ van FGR(achtigen) als UBO.

Lees het hele commentaar.

Bron: NOB

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Belastingrecht algemeen

1

Gerelateerde artikelen