De Tweede Kamer heeft vanmorgen ingestemd met het wetsvoorstel dat digitalisering van procedures in hoger beroep en cassatie mogelijk maakt.
Het wetsvoorstel maakt onderdeel uit van een grote moderniseringsoperatie onder de noemer Kwaliteit en Innovatie, die de rechtspraak toekomstbestendig maakt. Doelstelling is rechtspraak sneller, toegankelijker en begrijpelijker te maken. Digitalisering wil overigens niet zeggen dat er geen mondelinge behandeling van rechtszaken meer is; de wetsvoorstellen maken het mogelijk dat alles rondom de zitting digitaal en efficiënter verloopt. De fysieke behandeling van zaken blijft bestaan.
Hamerstuk
De Rechtspraak is verantwoordelijk voor vernieuwing en innovatie van gerechtelijke procedures, de minister draagt zorg voor de wetgeving die nodig is om de procedures te kunnen veranderen. Eerder adviseerden de Raad voor de rechtspraak en de procureur-generaal bij de Hoge Raad in een gezamelijk wetgevingsadvies positief over het wetsvoorstel. Het wetsvoorstel was vanmorgen een hamerstuk.
Eerste aanleg
Met het wetsvoorstel voor vereenvoudiging, digitalisering en vernieuwing van rechtszaken in eerste aanleg stemde de Tweede Kamer recent al met algemene stemmen in.
Invoeringswetten
De Tweede Kamer moet nog 2 invoeringswetten behandelen in het kader van de digitalisering. Daarna moeten de wetten nog naar de Eerste Kamer. Het is de planning dat de nieuwe procedures op 1 januari 2016 van start gaan. Om dit daadwerkelijk te halen, is het zaak dat de wetgeving voor 1 juli door beide Kamers is. Afgesproken is namelijk met de ketenpartners, zoals de advocatuur, dat er nadat de wetten zijn aangenomen een gewenningsperiode van een half jaar komt.
Scenario's
Voor het geval het het ministerie van Veiligheid en Justitie onverhoopt niet lukt de wetgeving voor 1 juli door de beide Kamers te krijgen, werkt de Rechtspraak inmiddels aan de uitwerking van 2 alternatieve scenario's: invoering van de nieuwe werkwijzen per 1 april 2016 of per 1 juli 2016 in plaats van 1 januari 2016.
Bron: de Rechtspraak
0