Op dinsdag 29 maart 2022 is nummer 15 van Vakstudie Nieuws verschenen. In deze aflevering zijn de volgende belangrijke zaken opgenomen:
- A-G werkt gevolgen Kerstarrest box 3-heffing voor jaren 2015-2018 nader uit
A-G Niessen concludeert dat, gezien het Kerstarrest van de Hoge Raad, het beroep in cassatie voor de jaren 2015 en 2016 ongegrond is en voor de jaren 2017 en 2018 gegrond. De A-G stelt vervolgens een uitwerking van de gevolgen van het arrest voor. (punt 6) - Uit arbeidsovereenkomst voortvloeiende letselschadevergoeding in beginsel geen loon
De Hoge Raad oordeelt dat vergoedingen van immateriële schade en verlies aan arbeidskracht geen loon zijn, tenzij de werkgever aan zijn erkenning van aansprakelijkheid een hogere vergoeding verbindt dan rechtstreeks uit die aansprakelijkheid voortvloeit. (punt 7) - Enkele documenten over toepassing ‘earn-out’-regeling in VPB vrijgegeven
Naar aanleiding van een Wob-verzoek over het beleid met betrekking tot de toepassing van de earn-out-regeling (art. 13 lid 6 Wet VPB 1969) door de Belastingdienst heeft de Staatssecretaris van Financiën 13 documenten (deels) vrijgegeven. (punt 9) - Terechte willekeurige afschrijving bij investeringen dochters in scheepvaart-cv’s binnen fiscale eenheid-VPB
Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat in 2010, na het nemen van de beschikking, niet meer werd voldaan aan de voorwaarden voor het bestaan van een fiscale eenheid-VPB tussen X bv, Y bv en Z bv. X bv kan willekeurig afschrijven. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO). (punt 10) - Periode leegstand recreatiewoning telt niet mee voor bepaling privégebruik voor BTW
De Hoge Raad oordeelt dat de perioden van leegstand van de recreatiebungalow niet zijn aan te merken als perioden waarin de woning voor privédoeleinden ter beschikking staat. Gezien de uit de beheer- en verhuurovereenkomst voortvloeiende beperkingen, kan X de woning niet meteen zelf gebruiken. (punt 13) - Naheffingsaanslag vernietigd, omdat rechtsgrond ontbreekt om met eHerkenning aangifte te doen
Rechtbank Gelderland oordeelt dat art. 2:16 Awb geen rechtsgrond biedt om X bv te verplichten tot het aanschaffen van eHerkenning bij een commerciële partij om aan haar aangifteplicht te voldoen. De naheffingsaanslag LB wordt vernietigd. (punt 16). De staatssecretaris meent dat de rechtbankuitspraak geen gevolgen heeft voor andere belastingplichtigen. (punt 17)
Producten: Inhoudsopgave V-N
10