Mr. H.B.A. Verhoeven - Graag een minder grillig verloop van de marginale progressie van belastingheffing op arbeidsinkomen
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

J.I. van Leeuwen LL.M en prof. dr. R.P.C.W.M. Brandsma - Van Papillon tot Vlinder: een ingrijpende klimaatverandering in de fiscale-eenheidswereld

In deze bijdrage gaan de auteurs in op enige gevolgen van het Papillon- en het Vlinderarrest en constateren dat de in de huidige fiscale-eenheidsregeling opgenomen bezits- en rechtsvormeis ingrijpend dienen te worden gewijzigd; niet alleen omdat zij strijdig zijn met het EU-recht, maar tevens omdat zij onnodig beperkend zijn. De auteurs schetsen de kaders van een nieuwe, in hun ogen zinvollere invulling van beide eisen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. S. Spauwen - De kwalificatie van een buitenlandse (rechts)persoon als inhoudingsplichtige

Het "begrip inhoudingsplichtige" is een belangrijk begrip binnen de loonbelasting. Naast de primaire taak om als inhoudingsplichtige loonbelasting in te houden en af te dragen, wordt het begrip ook voor andere doeleinden gebruikt. Het begrip wordt namelijk in een groot aantal bepalingen genoemd als constitutieve voorwaarde om die betreffende bepaling toe te kunnen passen. Het is derhalve van belang om te weten of er sprake is van een inhoudingsplichtige of niet. Met name in het geval waar het gaat om een in het buitenland gevestigde werkgever, is dit niet duidelijk. Vanwege de relevantie van deze vraag, ga ik in deze bijdrage in op de kwalificatie als inhoudingsplichtige in internationale situaties.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr.dr. M.J. Boer en mevr. prof. dr. I.J.J. Burgers - Boekbespreking

Een boekbespreking van ‘Qualification of taxable entities and treaty protection', Cahiers de droit fiscal international vol. 99b, International Fiscal Association, Sdu Uitgevers, Den Haag 2014, 900 p.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

M.L. Al-Saady en L.C.S. Westerveld - De publieke overheid; waar ligt de (fiscale) grens?

Verslag van de debatmiddag ‘De publieke overheid; waar ligt de (fiscale) grens?' van het Zuidas Instituut voor Financieel recht en Ondernemingsrecht (ZIFO), gehouden op 23 april 2015 te Amsterdam.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

"De Wet LB is domweg de oude niet meer". "Zijn systeem is geweld aangedaan"

Op 18 juni 2015 concludeerde advocaat-generaal Wattel (hierna: de A-G) dat de 16%-crisisheffing van artikel 32bd Wet LB 1964 deels in strijd is met de eigendomsbescherming van art. 1 lid 1 EP Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Hij acht de eigendom van loonbelastingplichtige werkgevers onrechtmatig aangetast, voor zover met onvoorzienbare terugwerkende kracht is geheven. De A-G adviseert de Hoge Raad het desbetreffende cassatiemiddel gegrond te verklaren en de twee andere cassatiemiddelen te verwerpen. Deze zijn i) de crisisheffing is in strijd met de systematiek van de Wet LB 1964 en ii) strijdigheid met het verdragsrechtelijk gewaarborgde non-discriminatiegebod. Th.J.M. van Schendel beschouwt de conclusie van de A-G inzake de drie cassatiemiddelen en heeft deels andere visies.

Het vermogenswinstartikel en het element ‘tijd' onder belastingverdragen

In deze bijdrage gaan prof. mr. F.P.G. Pötgens en mr. R.A. Bosman in op HR 22 maart 2013, nr. 11/05599, BNB 2013/114. Dit arrest verduidelijkt de verdragskwalificatie van vermogenswinsten op onroerende zaken die tot het ondernemingsvermogen van een belastingplichtige horen. De Hoge Raad bevestigt terecht dat dergelijke vermogenswinsten onder art. 13 OESO-Modelverdrag vallen. Daarnaast geeft het arrest een aantal interessante inzichten in de omgang met het element "tijd" onder belastingverdragen. De auteurs plaatsen dit element in een breder perspectief en zij geven een overzicht van een aantal andere tijdsissues dat kan spelen bij de toepassing van belastingverdragen.