Op donderdag 31 augustus verschijnt nummer 7204. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:

Mr. F.R. Herreveld - Stalinistische rechtspraak in Nederland
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mevr. mr. dr. M.B.A. van Hout - Rechtsbescherming in het tijdperk van big data

De komst van big data zal een enorme impact hebben op het belastingrecht. Door big data wordt het namelijk veel eenvoudiger om allerlei patronen te herkennen. Hierdoor kan de Belastingdienst veel efficiƫnter gaan controleren of zelfs preventief gaan sturen om fiscaal ongewenst gedrag af te wenden. Big data brengt echter ook allerlei nieuwe risico's mee. Het is daarom essentieel om na te denken over hoe de fiscale rechtsbescherming in de toekomst moet worden vormgegeven.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. dr. R.P.C. Cornelisse - De verstrekking door een natuurlijk persoon van een converteerbare (obligatie)lening

In deze bijdrage zal ingegaan worden op de fiscale behandeling van een verstrekking van een converteerbare (obligatie)lening door een natuurlijk persoon aan een besloten vennootschap. Daarbij zal de persoon van de crediteur centraal staan. In dat kader zal ingegaan worden op de volgende vragen (i) of het in de lening besloten liggende conversierecht een aanmerkelijk belang (AB) kan vormen; (ii) op welke wijze de geldlening bij deze natuurlijke persoon wordt behandeld voor de toepassing van de Wet IB 2001; (iii) of deze converteerbare (obligatie)lening een onzakelijke geldlening kan vormen; (iv) op welke wijze het met de lening behaalde (jaarlijkse) voordeel wordt bepaald; en (v) op welke wijze de verkrijgingsprijs van de bij conversie verkregen aandelen wordt bepaald.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

C.E. Verhaeren - Het einde van belastingconstructies?

Verslag van het jaarlijks fiscaal congres van het Fiscaal Economisch Instituut (FEI BV) in samenwerking met de Rotterdamse fiscale studievereniging Christiaanse-Taxateur, gehouden op 14 juni 2017 te Rotterdam.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

De Wet DBA bezien vanuit handhavingsperspectief

In 2016 moest de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) een einde maken aan schijnzelfstandigheid. De VAR werd ingetrokken en de modelovereenkomsten moesten nu de zo gewenste zekerheid gaan geven. Het blijkt vrijwel ondoenlijk al de modelovereenkomsten vooraf te beoordelen. De wet leidt dan ook tot complicaties in de uitvoering en vooralsnog legt het politieke schaakspel de arbeidsmarkt plat. Het in een keer wegvallen van de ongeclausuleerde vrijwaring voor de opdrachtgever leidde tot onrust en commotie op de arbeidsmarkt. De opdrachtgevers werden uiterst terughoudend en voorzichtig met het verstrekken van opdrachten aan zzp'ers. De staatssecretaris wuifde echter lange tijd alle commotie weg. Maar hij heeft nu toch de implementatie van de volledige invoering van de Wet DBA verlengd tot in ieder geval 1 juli 2018. De repressieve handhaving is tot die datum vrijwel opgeschort. Hiermee wil de staatssecretaris de onzekerheid vooral voor de opdrachtgevers en in hun kielzog de opdrachtnemers voorlopig wegnemen. De politieke standpunten van de Tweede Kamerfracties lopen uiteen. De betrokkenen bij de arbeidsmarkt verwachten van het nieuwe kabinet, dat het met spoed werkt aan een doelmatige oplossing. Dat is een uitdagende taak want in de verschillen in de bruto-nettotrajecten van een ondernemer en een werknemer schuilt eigenlijk ook een groot deel van het probleem van de schijnzelfstandigheid. Maar het is zeker geen onmogelijke taak. Politieke moed en creativiteit zijn wel vereist. In dit artikel belichten mr. N.S.W. Pannekoek en prof. dr. mr. R.N.J. Kamerling vooral het handhavingsperspectief: hoe heeft het zover kunnen komen.

Het rapport onderzoek grote ondernemingen: worden de beleidsverwachtingen omtrent het horizontaal toezicht ook daadwerkelijk gerealiseerd?

In dit artikel gaat mr. F.C. de Groot aan de hand van het rapport van de belastingdienst inzake het onderzoek bij grote ondernemingen na of de beleidsverwachtingen inzake het horizontaal toezicht daadwerkelijk zijn gerealiseerd. De conclusie is dat dat beslist niet het geval is. Het rapport bevat helaas geen gegevens omtrent de aan het horizontaal toezicht versus verticaal toezicht bestede tijd waardoor over de efficiency van de toezichtsvormen niets kan worden gezegd.

Aflevering: 7204 (31 augustus 2017)

WFR: Weekblad previews

Producten: WFR-signaleringen

12