Prof. dr. S. Cnossen - Halve en hele petten
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Drs. C. Overduin en mr. M. Romyn - Box 3: een fiscale Fyra

Box 3 werd met ingang van 1 januari 2017 gewijzigd. Daarbij is voorzien in een evaluatie, elke vijf jaar, waarvan de eerste in 2020 door de staatssecretaris is uitgevoerd. Hij meent dat er niets hoefde te wijzigen in de diverse parameters, zodat gedurende 2021-2025 de samenstelling van het vermogen dat belastingplichtigen geacht worden te hebben ongewijzigd blijft. Het evaluatieproces voltrekt zich zonder directe parlementaire controle daarop. De ­auteurs hebben de evaluatie onderzocht. Daarbij is op alle onderdelen van deze vermogensmix ingegaan, terwijl de staatssecretaris alleen maar lijkt te hebben gekeken naar de verhouding tussen sparen en beleggen. Bij consequent hanteren van de regels had de evaluatie mogelijk tot nog hogere rendementsficties geleid, wat de medewetgever wellicht onwenselijk zou achten. Tevens wordt ingegaan op de sinds 2017 onjuiste toepassing van de benchmark voor onroerende zaken, en op het feit dat de wettelijke aandelenbenchmark valutawinsten en -verliezen die door belastingplicht gen, die echt zouden beleggen zoals de wet fingeert niet zijn te vermijden, compleet negeert. De aandelenbenchmark wordt door de Staatssecretaris zelf niet goed begrepen, zo leert de brief d.d. 4 december 2020. Ook inflatie wordt in box 3 versie 2017 systematisch genegeerd, waardoor sinds 2017 een jaarlijks steeds groter deel van de heffing betrekking heeft op schijninkomen. De doorwerking van fouten in box 3 naar de regeling van art. 4.14a Wet IB komt ook aan bod. De auteurs concluderen dat, de herziening in 2015 ‘verkocht als tussenstation, in toenemende mate ernstige technische gebreken vertoont die op korte termijn zouden moeten worden hersteld.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Th.J.M. van Schendel - Vlucht MH17 en het fiscale loonbegrip

Het hof oordeelde en de advocaat-generaal concludeerde dat de erfgenamen van een slachtoffer van de MH17-ramp inkomstenbelasting moeten betalen over de overlijdensuitkering uit een door de werkgever van het slachtoffer gesloten internationale reis- en ongevallenverzekering. Zij hebben loon uit de dienstbetrekking van een ander genoten. De auteur concludeert dat het hof en de advocaat-generaal op basis van wet en wetsgeschiedenis tot hun oordeel en conclusie konden komen. Hij verdedigt echter dat als de werkgever of derden aansprakelijk zijn voor de ongevalsschade, een schadevergoeding het fiscale loonbegrip overstijgt. Maatschappelijke opvattingen omtrent wat als beloningsvoordeel wordt ervaren, leiden ook tot de uitkomst van onbelastbaarheid. De erfgenamen zijn erfbelasting verschuldigd en geen inkomstenbelasting. De auteur roept de wetgever op om de huidige wettelijke omkeerregel van ongevalsuitkeringen – aanspraak vrijgesteld, uitkering belast – te heroverwegen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. L.J.A. Pieterse - Boekbespreking

Een bespreking van ‘Liber amicorum Stefaan van Crombrugge’ onder redactie van Bart Peeters, Inge Van De Woesteyne en Mark Delanote. Verschenen bij Roularta 2020, 735 p.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

Een ander perspectief op private equity, onzakelijke omleiding en concern

In korte tijd hebben verschillende feitenrechters geoordeeld over renteaftrek en private equity. Drs. M.T.M. Hennevelt gaat in deze bijdrage specifiek in op de onzakelijke omleiding. Nu dit begrip in de feitenrechtspraak ruimer wordt uitgelegd dan algemeen voor mogelijk werd gehouden, biedt de auteur door middel van een vergelijking met het ondernemingsrecht een ander perspectief op de vraag waar de grenzen van de onzakelijke omleiding zouden kunnen liggen.

Gevolgen Wet toeristische verhuur van woonruimte voor de Toeristenbelasting

Op 1 januari 2021 is de Wet toeristische verhuur van woonruimte in werking getreden. De wet geeft gemeenten nieuwe bevoegdheden. De in dat kader verkregen gegevens mag de gemeente gebruiken bij de heffing en inning van de Toeristenbelasting. Mr. M. Belkaid-Koubia bespreekt wat dat in de praktijk betekent voor de heffing van Toeristenbelasting.