Geen nagekomen bedrijfslast voor mislukt buitenlands project

De heer X start in 1997 een "sociaal" graafproject in Suriname. X schaft daartoe hijskranen, graafmachines en auto's aan. In 1998 sluit X een contract met B nv, die hem een voorschot betaalt. De vervolgens in opdracht van X verscheepte hijskranen worden daar echter niet tijdig vrijgegeven. Nadat X door B nv aansprakelijk is gesteld wegens inkomensderving, probeert X deze claim vergeefs via een advocaat te verhalen op een andere partij. In 1998 geeft X een negatief resultaat aan. In de jaren daarna zijn de omzetten minimaal. Vanaf 2001 heeft X een bijstandsuitkering. In 2006 claimt X aftrek van € 12.513, zijnde de jaarlijkse renteverplichting in verband met de leningen van zijn (oude) onderneming. Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat X de nagekomen bedrijfslast niet kan aftrekken, aangezien uit het Surinaamse project redelijkerwijs geen voordeel viel te verwachten. X gaat in hoger beroep.

Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de omvang van de schulden die X stelt te zijn aangegaan niet is komen vast te staan. Evenmin maakt X aannemelijk dat hij in 2006 rente heeft betaald. Voor het overige wordt het oordeel van rechtbank bevestigd. De inspecteur kan voorts niet worden verplicht de aangifte over 1998 opnieuw ambtshalve te beoordelen. Het door de inspecteur uitoefenen van de bevoegdheden die hem ambtshalve toekomen, staat namelijk niet ter beoordeling van de rechter in belastingzaken. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Instantie: Hof 's-Gravenhage

Editie: 13 februari

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen