X beschikt over een bewonersparkeervergunning van de gemeente Rotterdam. Als zijn auto total loss wordt verklaard, zet X de vergunning over op een vervangende auto. Hij ziet daarbij over het hoofd dat deze kentekenwijziging na twee weken automatisch afloopt en krijgt 13 naheffingsaanslagen parkeerbelasting. De heffingsambtenaar vernietigt twee naheffingen, maar laat de andere 11 in stand. Rechtbank Rotterdam ziet geen reden om het aantal naheffingen verder te matigen.
Hof Den Haag ziet bij een cumulatie van naheffingsaanslagen parkeerbelasting die elk op zich terecht zijn opgelegd geen ruimte voor matiging. Het hof stelt voorop dat sprake is van gebonden beschikkingen, waarbij uit de wetgeving voortvloeit dat, indien een belastbaar feit zich voordoet, de belasting verschuldigd wordt. Niet in geschil is dat er wettelijk geen beletsel bestaat tegen het opleggen van de naheffingsaanslagen. De heffingsambtenaar heeft onweersproken gesteld dat X op basis van informatie van de gemeente had kunnen constateren dat de kentekenwijziging slechts voor maximaal 14 dagen was, en dat daarna opnieuw actie nodig was. De heffingsambtenaar heeft verder onweersproken gesteld dat de aanslagen worden gepostdateerd en zo snel mogelijk worden verstuurd, in dit geval naar de leasemaatschappelijk als eigenaar van de auto. De heffingsambtenaar heeft door twee naheffingsaanslagen te vernietigen gedaan wat hij kon binnen het beleid en zijn mogelijkheden. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 5 januari