Hof Arnhem-Leeuwarden wijst het verzoek om herziening af, omdat het feit dat in de aanslag een bedrag aan loon is begrepen dat X nooit heeft genoten, haar al vóór de uitspraak bekend kon zijn. Ook het feit dat X in de databank FSV is opgenomen, is geen grond voor herziening. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).

X heeft in 2017 twee werkgevers. Hierdoor wordt tijdelijk door beide werkgevers de loonheffingskorting toegepast. Dit leidt achteraf tot een betaling van IB, waartegen X bezwaar maakt. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de aanslag op een juist bedrag is vastgesteld. X verzoekt om herziening van de hofuitspraak.

Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2023/34.1.4) oordeelt dat X' stelling dat in de aanslag een bedrag aan loon is begrepen dat zij nooit heeft genoten, geen grond voor herziening kan vormen, omdat dit feit haar al vóór de hofuitspraak bekend kon zijn. Ook het feit dat X in de databank Fraude Signalering Voorziening (FSV) is opgenomen, is geen grond voor herziening, omdat de rechtmatigheid van belastingaanslagen in beginsel niet wordt aangetast door de manier, waarop de Belastingdienst de informatie heeft verwerkt. Het hof wijst het herzieningsverzoek af. De Hoge Raad (V-N 2023/45.22.5) verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO). X verzoekt om herziening van het arrest van de Hoge Raad.

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:119

Wet op de loonbelasting 1964 21a

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht, Loonbelasting

Editie: 1 mei

Informatiesoort: VN Vandaag

278

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen