Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een WOZ-beschikking 2014 van de gemeente Schijndel. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar gegrond, maar vergoedt te weinig kosten van bezwaar. In zijn verweerschrift voor Rechtbank Oost-Brabant erkent de heffingsambtenaar deze fout. Rechtbank Oost-Brabant verklaart het beroep van X ongegrond, waarna X hoger beroep instelt. Partijen zijn het erover eens dat het beroep bij de rechtbank gegrond had moeten worden verklaard, dat de rechtbank alsnog had moeten beslissen dat door de heffingsambtenaar de kosten van bezwaar en ook de kosten voor het beroep hadden moeten worden vergoed.
Hof 's-Hertogenbosch kent X alsnog een vergoeding toe voor de kosten van bezwaar en voor het beroep bij de rechtbank naar de in 2016 geldende bedragen (HR 29 april 2013, nr. 11/03600, V-N 2013/19.13). In verband met de vernietiging van de uitspraak van de rechtbank krijgt X ook een vergoeding van de kosten van het hoger beroep. Voor het voor het hoger beroep betaalde griffierecht bepaalt het hof, dat dit niet door de heffingsambtenaar, maar door de griffier van het hof zal worden vergoed
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:114
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Algemene wet bestuursrecht 7:15-2