Belanghebbende, X bv, exploiteert een accountant-administratiekantoor. Omdat de inspecteur niet over een aangifte beschikt, legt hij de aanslag vennootschapsbelasting 1999 op naar een geschat bedrag. X bv houdt vol wel een aangifte te hebben ingediend. De inspecteur wil een boekenonderzoek houden maar ziet daar vanaf na de mededeling van X bv dat alleen de administratie over de jaren 1996 en 1997 (grotendeels) gereed is. In geschil is of de Inspecteur zich terecht beroept op omkering en verzwaring van de bewijslast en of hij de verliesverrekeningsbeschikking en de verliesvaststellingsbeschikking tot op de juiste bedragen heeft vastgesteld.
Hof Leeuwarden acht omkering van de bewijslast op zijn plaats nu X bv onvoldoende gehoor heeft gegeven aan de diverse verzoeken van de inspecteur om inzage in de boekhouding. X bv stelt dat zij heeft gewacht met het opmaken van de administratie over 1998 (en kennelijk ook 1999, aldus het hof) totdat de inspecteur de administratie van oudere jaren zou hebben beoordeeld. Het feit dat eerdere boekenonderzoeken niet of niet naar tevredenheid van X bv zijn afgerond, is echter volgens het hof geen reden om niet aan de verzoeken van de inspecteur te voldoen. X bv heeft niet overtuigend bewezen dat zij over 1999 een verlies van f 51.890 (€ 23.546) heeft geleden. De inspecteur maakt zijn schatting van de winst (f 75.000 of € 34.033) echter evenmin aannemelijk. Het hof besluit de winst over 1999 in goede justitie te bepalen op nihil.