In zijn IB-aangifte 2008 geeft X, onder verrekening van een uit 2006 stammend verlies van € 28.971, een belastbaar inkomen uit werk en woning van nihil aan. De inspecteur corrigeert de aangifte op het punt van de verliesverrekening en verrekent daarbij de eerder verleende voorlopige teruggaaf (VT) van € 1785. X stelt dat de VT niet op de voorgeschreven wijze aan hem is bekend gemaakt, en betwist de verrekening van de VT.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat de VT rechtsgeldig is bekendgemaakt. De blote stelling dat de VT in het systeem van de Belastingdienst op het juiste adres staat genoteerd, is daarvoor onvoldoende volgens het hof. Het hof stelt vervolgens vast dat de VT ten goede is gekomen aan X. De inspecteur mag bij het vaststellen van de definitieve aanslag de VT daarmee dan verrekenen volgens het hof. De aanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 5 + 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 7 augustus