Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een letselschade-uitkering vanwege een dramatische gebeurtenis, zoals ook het geval is bij de MH17-ramp en de ramp in Volendam, terecht in de heffing van box 3 is betrokken.

X gaat in zijn aangiften IB/PVV 2018 en 2020 voor de berekening van het box 3-inkomen uit van een rendementsgrondslag van respectievelijk € 552.457 en € 444.406. De omvang van de vermogensbestanddelen komt onder andere voort uit een letselschade-uitkering. In geschil is of de letselschade-uitkering vrijgesteld is van box 3-heffing.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur terecht de letselschade-uitkering tot de rendementsgrondslag van box 3 heeft gerekend. Deze kwestie is ook aan de orde geweest in een procedure over de aanslag IB/PVV 2017. Voor de jaren 2018 en 2020 is de beoordeling niet anders. Slachtoffers van rampen zoals de MH17-ramp en de ramp in Volendam zijn vergelijkbaar met X als het gaat om de toegekende letselschade-uitkering. In alle gevallen wordt een vergoeding uitgekeerd vanwege een dramatische gebeurtenis, waarbij geleden schade is toe te rekenen aan anderen, belast in box 3. De beroepen van X zijn ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 5.3

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Rubriek: Inkomstenbelasting

Editie: 19 april

Informatiesoort: VN Vandaag

412

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen