Rechtbank Overijssel oordeelt dat de BIZ-bijdrage 2018 niet in overheersende mate strekt ter bestrijding van de kosten die verbonden zijn aan activiteiten gericht op het bevorderen van de leefbaarheid, de veiligheid, de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de BI-zone.

De heffingsambtenaar van het gemeenschappelijk belastingkantoor Lococensus-Tricijn legt een aanslag BIZ-bijdrage van € 750 op aan X op grond van de Verordening bedrijveninvesteringzones (BIZ) Spakenburg Centrum 2016. X is het hier niet mee eens omdat de BIZ-bijdrage volgens hem niet strekt ter bestrijding van de kosten die verbonden zijn aan de activiteiten zoals bedoeld in art. 1 lid 2 van de Verordening.

Rechtbank Overijssel oordeelt dat de BIZ-bijdrage 2018 niet in overheersende mate strekt ter bestrijding van de kosten die verbonden zijn aan activiteiten gericht op het bevorderen van de leefbaarheid, de veiligheid, de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de BI-zone. Ten aanzien van de kosten voor de citymanager overweegt de rechtbank daarbij dat de taken van de citymanager geen raakvlak hebben met de hiervoor genoemde activiteiten. Verder zijn diverse andere activiteiten te veel gericht op geheel Spakenburg en niet specifiek op de BI-zone of valt niet in te zien hoe zij bijdragen aan het bevorderen van de leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit of economische ontwikkeling van de BI-zone. De rechtbank herroept de aanslag.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Overijssel

Editie: 28 augustus

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen