De zoon van belanghebbende, X, heeft een dwarslaesie opgelopen en zit in een rolstoel. In het jaar 2012 is het hele gezin naar Curaçao geweest, waar de zoon de Bruckner Bio Feedback therapie (BBF-therapie) volgt. De BBF-therapie heeft als doel zeer geringe zenuwimpulsen maximaal te stimuleren. In haar aangifte ib/pvv 2012 brengt X specifieke zorgkosten in aftrek voor de niet door de ziektekostenverzekeraar vergoede kosten van de BBF-therapie. Ook trekt X reiskilometers af voor bezoeken aan artsen en een fysiotherapeut, en voor sportoefeningen van haar zoon. De inspecteur accepteert alleen de reiskosten voor artsenbezoek en fysiotherapie. De aftrek van de overige vervoerskosten en van de niet vergoede kosten van de BBF-therapie heeft de inspecteur geweigerd. X komt in beroep.
Rechtbank Noord-Nederland beslist dat de kosten van de BBF-therapie niet aftrekbaar zijn. Er is geen sprake van een behandeling door een arts of ten minste op voorschrift en onder begeleiding van een arts. Verder beslist de rechtbank dat een deel van de vervoerskosten voor het rolstoelbasketbal en de vervoerskosten voor de tennis- en skilessen een rechtstreeks gevolg zijn van de handicap van de zoon. X heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de geclaimde, als gevolg van de handicap gemaakte, vervoerskosten uitgaan boven dat van een vergelijkbaar gezin zonder ziek of invalide kind. In die zin is het beroep gegrond. De reiskosten voor het rolstoelbasketbal voor zover het gaat om de kosten van deelname aan de jeugdselectie en nationale jeugdselectie zijn niet aftrekbaar. Volgens de rechtbank kan daarvan niet gezegd worden dat sprake is van reiskosten die uitgaan boven die van ouders met een valide kind dat op hoog niveau sport beoefent.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 4 juli