Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat eiser aannemelijk maakt dat de AOV-premies op hem hebben gedrukt zodat deze bij hem voor aftrek in aanmerking komen.
X brengt in 2013 zijn onderneming in een bv in. X’ arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) is daarbij abusievelijk op naam van de bv gezet. De premies werden in rekening-courant geboekt als vordering van de bv op X. Vanaf mei 2017 betaalt X de premies rechtstreeks. De rekening-courantschuld vanwege de AOV lost X in maart 2017 af. Vanaf 2022 is X weer verzekeringnemer. X heeft de premies voor de inkomstenbelastingheffing afgetrokken. Over 2016 en 2017 legt de inspecteur een navorderingsaanslag op. In geschil is of X de betaalde AOV-premies over 2016 en over januari tot en met april 2017 mag aftrekken.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X aannemelijk maakt dat de AOV-premies op hem hebben gedrukt zodat deze voor aftrek in aanmerking komen. In de kern weigert de inspecteur de aftrek omdat X niet zelf, maar zijn bv in 2016 en 2017 de verzekeringnemer was. Volgens de rechtbank is het voor het recht op aftrek van de AOV-premies in privé niet fataal dat X’ bv in 2016 en 2017 verzekeringnemer was. Van belang hierbij is dat het altijd de bedoeling is geweest dat X de premielasten zelf zou dragen.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.124
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 13 oktober
Informatiesoort: VN Vandaag
Focus: Focus