Hof 's-Hertogenbosch oordeelt bij wijze van tussenbeslissing dat de heer X wordt uitgesloten als gemachtigde wegens zijn ongepaste taalgebruik. Deze verstoort namelijk ernstig de goede procesorde en ook een belanghebbende die hij vertegenwoordigt kan er door worden benadeeld.
De heer X treedt veelvuldig op als gemachtigde in fiscale BPM-procedures. X is regelmatig aangesproken op zijn ongewenste taalgebruik in processtukken (zie Hof 's-Hertogenbosch 15 maart 2018, 16/03503, V-N 2018/28.1.6). Bij een regiezitting op 13 december 2019 is een en ander nogmaals ter sprake gekomen. X weigert vervolgens absoluut om afstand te nemen van zijn ongepaste taalgebruik.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X wordt uitgesloten als gemachtigde wegens zijn ongepaste taalgebruik. Deze verstoort namelijk ernstig de goede procesorde en ook een belanghebbende die hij vertegenwoordigt kan er door worden benadeeld (zie Hof Arnhem-Leeuwarden 16 augustus 2019, 18/00505, V-N 2019/42.15). Het betreft met name beledigingen waarbij instanties worden neergezet als criminele organisaties en ‘hoerenkasten’ of waarbij personen op een dergelijke wijze worden beledigd. De weigering geldt ook voor de bv's die X vertegenwoordigt. De betreffende belanghebbenden van de ruim 30 hoger beroepen worden van deze tussenuitspraak in kennis gesteld en zij krijgen de gelegenheid om een andere gemachtigde aan te wijzen.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:25