De arbitragerichtlijn beoogt de geschilbeslechting binnen de Europese Unie te verbeteren door middel van het voorschrijven van verplichte en bindende arbitrage in een aantal gevallen. Staatssecretaris Snel heeft bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend dat de arbitragerichtlijn (V-N 2018/25.2) implementeert in de Nederlandse wetgeving.

Arbitrage moet zorgen voor een tijdige en effectieve beslechting van internationale geschillen inzake dubbele belastingheffing of een verschillende uitleg of toepassing van belastingverdragen. Een belanghebbende die internationaal actief is en die geconfronteerd wordt met dubbele belastingheffing kan de verdragslanden verzoeken om in onderling overleg te treden.

Om de arbitragerichtlijn te implementeren is gekozen om met dit wetsvoorstel een zelfstandige wet (de Wet fiscale arbitrage (WFA)) te creëren in plaats van een opname van de benodigde bepalingen in bestaande wetten, zoals de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) of de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen. De nieuwe procedure kent volledig eigen klachtmogelijkheden, termijnen en beroepsmogelijkheden die substantieel afwijken van regelingen in bijvoorbeeld de AWR. De op verzoek verplichte arbitragecommissie, inclusief haar potentieel vergaande bevoegdheden en bijbehorende procedurele regels en verplichtingen, zorgt voor een novum en een substantiële aanvulling op het fiscale procesrecht. Het wetsvoorstel is voornamelijk procedureel en formeelrechtelijk van aard. De wet fiscale arbitrage moet in werking treden op 30 juni 2019.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 21 december

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen